Ondernemers hebben waarschijnlijk niet staan juichen bij de Prinsjesdag-plannen van het kabinet. Om geld op te halen voor bijvoorbeeld koopkrachtverbetering en voor de plannen uit het Klimaatakkoord, worden ondernemingen extra aangeslagen. Maar wie goed zoekt, vindt heus óók nog wel enkele lichtpuntjes voor het bedrijfsleven.
Het kabinet heeft op Prinsjesdag niet echt zijn best gedaan om opbeurend uit de hoek te komen voor ondernemers. Zo moeten ondernemingen langer wachten op de verlaging van het toptarief in de vennootschapsbelasting (VPB), en die daling gaat ook minder ver dan ‘beloofd’. Ook stijgt het tarief in de innovatiebox en slaat de rekening voor de plannen uit het Klimaatakkoord vooral bij ondernemers neer.
Maar het is niet alléén maar somberen. Zo wordt er toch echt serieus gestudeerd op een nationaal investeringsfonds. Dat gaat geld steken in ‘innovatie, kennisontwikkeling en infrastructuur’, om de Nederlandse economie toekomstbestendig te maken. Door de lage rentestand kan het Rijk nu relatief goedkoop geld lenen om de pot te vullen. Maar een gedetailleerde uitwerking is er nog niet. De ministers van Financiën en van Economische Zaken zullen begin 2020 hun bevindingen rapporteren over de mogelijkheden voor een investeringsfonds, meldt het kabinet.
Verder heeft de regering dus het geld dat nu niet naar het verlagen van het VPB-toptarief gaat, gebruikt om de koopkrachtplaatjes te verbeteren. Natuurlijk is het gemiddelde koopkrachtplaatje geen garantie dat ook daadwerkelijk iedere burger wat meer ruimte krijgt in de portemonnee. Maar het zou kunnen dat ondernemers die verkopen aan consumenten positieve effecten merken.
Voor ondernemingen die werknemers in dienst hebben geldt dat de verruiming van de werkkostenregeling (WKR) positief uit kan pakken. De ‘vrije ruimte’, waar werkgevers belastingvrij vergoedingen en verstrekkingen aan het personeel kunnen onderbrengen, gaat omhoog. Daarnaast geldt voor ondernemers die VPB-plichtig zijn dat het kabinet niet rommelt aan de eerder aangekondigde verlaging van het lage tarief in de VPB. Dat gaat dus in 2020 omlaag van de huidige 19% naar 16,5%.