De bestuurder en de ondernemingsraad (OR) moeten allebei werkstress bij de werknemers tegengaan. Werkdruk is één van de mogelijke oorzaken van werkstress. Wat is werkdruk, wat is werkstress en welke verplichtingen hebben de bestuurder en de OR om werkstress tegen te gaan?
Werkdruk is in de Arbowet opgenomen als één van de oorzaken van werkstress (artikel 1, lid 2e Arbowet). Andere factoren die kunnen leiden tot werkstress zijn discriminatie, seksuele intimidatie, agressie en geweld en pesten. In de Arbowet vallen deze factoren onder psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Werkdruk doet zich voor als een werknemer structureel of gedurende langere tijd niet of met moeite kan voldoen aan de taakeisen die horen bij zijn functie. Te weinig scholing, vaardigheden of ervaring kunnen ook werkdruk veroorzaken. Als een werknemer lichamelijke, psychische of sociale gevolgen ervaart van werkdruk, is er sprake van werkstress. De ene werknemer loopt meer risico om gestrest te raken van werkdruk dan de andere werknemer. Dit kan te maken hebben met de thuissituatie, een lage belastbaarheid of persoonlijke problemen.
De werkgever moet ervoor zorgen dat de werknemers veilig en gezond kunnen werken (artikel 3, lid 1 Arbowet). Hij moet hiervoor beleid opstellen en uitvoeren. Een onderdeel van het beleid is PSA – en dus ook een te hoge werkdruk – voorkomen. Als voorkomen niet mogelijk is, moet hij maatregelen nemen om een te hoge werkdruk zo veel mogelijk te beperken.
Of en zo ja, in hoeverre werkdruk een risico oplevert voor de veiligheid en gezondheid van werknemers, moet de werkgever bepalen in de risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E) (artikel 5 Arbowet). De maatregelen om de risico’s van werkdruk te beperken, moet hij opnemen in het bijbehorende plan van aanpak.
De Arbowet bepaalt dat de OR en de bestuurder moeten overleggen over het arbobeleid (artikel 12, lid 2 Arbowet) en de uitvoering ervan. Zij moeten hierbij actief informatie uitwisselen. Ook de Wet op de ondernemingsraden (WOR) geeft de OR taken in het arbobeleid. Zo geeft artikel 27, lid 1d WOR de OR instemmingsrecht op ‘een regeling op het gebied van de arbeidsomstandigheden, het ziekteverzuim of het re-integratiebeleid. Dit betekent dat de OR instemmingsrecht heeft op het arbobeleid en op het opstellen en uitvoeren van de RI&E. Artikel 28, lid 1 WOR geeft de OR de taak om toe te zien op goede arbeidsomstandigheden. De OR moet er dus op toezien of werkdruk een probleem is bij de achterban.