Hoge Raad: Deliveroo-bezorgers hadden arbeidsovereenkomst

24 maart 2023 | Door redactie

Gerechtshof Amsterdam oordeelde begin 2021 dat de maaltijdbezorgers van Deliveroo geen zelfstandigen, maar werknemers waren. Een juiste beslissing, zo oordeelde de Hoge Raad vandaag in een arrest waar al een tijd naar werd uitgekeken.

De bekrachtiging door de Hoge Raad van het oordeel van Gerechtshof Amsterdam dat bezorgers van Deliveroo onterecht als zelfstandige werden aangemerkt, komt niet als complete verrassing. Eerder adviseerde advocaat-generaal (A-G) De Bock de Hoge Raad al het cassatieberoep van Deliveroo te verwerpen en het oordeel in stand te houden. Wel gebruikt de Hoge Raad een andere motivering om tot dezelfde eindconclusie te komen.

Geen arbeidsovereenkomst door ontbreken gezagsverhouding

In de uitspraak verwees de Hoge Raad naar artikel 7:610 BW, waarin staat dat er sprake is van een arbeidsovereenkomst als iemand in dienst is (gezagsverhouding), werk verricht (persoonlijke arbeid) en hiervoor wordt betaald (verplichting tot loonbetaling). Of een overeenkomst moet worden aangemerkt als een arbeidsovereenkomst hangt volgens de Hoge Raad af van alle omstandigheden van het geval, bezien in onderlinge samenhang (de zogenoemde Haviltex-maatstaf). Dat er volgens Deliveroo geen sprake was van een gezagsverhouding of een verplichting om persoonlijke arbeid te verrichten, omdat de bezorgers de vrijheid hadden om niet te werken of zich te laten vervangen, kon volgens de Hoge Raad in theorie betekenen dat er geen sprake was van een arbeidsovereenkomst.
Maar op grond van de ‘overige omstandigheden’, zoals onder meer het feit dat het bezorgen van maaltijden de corebusiness was van Deliveroo, had het gerechtshof terecht geoordeeld dat er bij de Deliveroo-bezorgers sprake was van een arbeidsovereenkomst. Omdat het kabinet al bezig is om het verschil tussen een werknemer en een zelfstandige wettelijk te verduidelijken, gaf de Hoge Raad geen verdere richtlijnen mee. Deliveroo heeft inmiddels geen bedrijfsactiviteiten meer in Nederland.

Schijnzelfstandigheid kan leiden tot naheffing

Eind vorig jaar telde Nederland zo’n 1,2 miljoen zelfstandigen. Als werkgevers gebruikmaken van schijnzelfstandigen, lopen zij het risico op een naheffing van de Belastingdienst en loonvorderingen van werknemers. In het licht van dit arrest (artikel) doen werkgevers er bij het inhuren van een zelfstandige goed aan om na te gaan of er geen sprake is van een dienstbetrekking.
Hoge Raad, 24 maart 2023, ECLI (verkort): 443