Restwaarde bepalen bij overname smartphone

11 april 2016 | Door redactie

Heeft een werknemer een smartphone of tablet van de zaak, dan moet hij deze inleveren als hij uit dienst gaat. Als hij het apparaat wil houden, moet hij de restwaarde aan uw organisatie betalen. Hoe moet die restwaarde worden bepaald?

Werknemers moeten een door uw organisatie ter beschikking gestelde smartphone of tablet bij vertrek inleveren. Wil een werknemer de zakelijke apparatuur toch houden, dan moet hij de restwaarde ervan betalen. Die restwaarde is de waarde in het economisch verkeer op het moment van uitdiensttreding. De werkgever moet deze waarde zelf vaststellen, bijvoorbeeld door op veilingsites als Marktplaats, Ebay of Speurders.nl te zoeken naar de prijs van vergelijkbare apparaten en daar een gemiddelde van te nemen. Dit gemiddelde moet de werkgever bij het loon van de werknemer tellen en normaal belasten. Het is ook toegestaan om de restwaarde in de vrije ruimte van de werkkostenregeling onder te brengen.

Onbelaste terbeschikkingstelling, ook bij privégebruik

Zolang de terbeschikkingstelling van apparatuur aan de regels van het noodzakelijkheidscriterium (artikel) van de werkkostenregeling voldoet, kan deze onbelast plaatsvinden, ongeacht of de werknemer het apparaat ook privé gebruikt. Bij uitdiensttreding heeft de werknemer de apparatuur niet meer nodig voor zijn werk, dus dan vervalt de mogelijkheid om de terbeschikkingstelling onbelast te laten.

Vragen? De adviesdesk weet raad!

Heeft u vragen over het noodzakelijkheidscriterium, dan kunt u deze gratis stellen aan de adviseurs van de adviesdesk. U ontvangt binnen één werkdag reactie en binnen vijf werkdagen een antwoord op maat. Stel direct uw vraag.