Struikelblokken van de reiskostenvergoeding

9 juli 2012 | Door redactie

Demissionair staatssecretaris Weekers van Financiën presenteerde onlangs een hoofdlijnennotitie aan de Tweede Kamer over de herziening van de fiscale regels rondom de reiskostenvergoeding. Deze bezuinigingsmaatregel, die zeer veel stof doet opwaaien, wil hij pas opnemen in het Belastingplan 2013. In zijn notitie gaat Weekers nader in op zaken die om aandacht vragen bij de uitwerking van de afschaffing van de onbelaste reiskostenvergoeding.

De Tweede Kamer is inmiddels akkoord gegaan met de meeste maatregelen uit het Lenteakkoord, maar over de uitwerking van de afschaffing van de onbelaste reiskostenvergoeding zal pas na de verkiezingen meer duidelijk worden.

Definitie woon-werkverkeer niet eenvoudig

Weekers licht in zijn hoofdlijnennotitie (pdf) toe welke zaken onder meer om aandacht vragen:

  • Definitie woon-werkverkeer. De vergoeding voor woon-werkverkeer zal per 2013 belast zijn, maar wat wordt precies onder de noemer woon-werkverkeer verstaan? Volgens Weekers is een eenduidige definitie niet eenvoudig, vanwege de verschillende manieren waarop werknemers naar het werk gaan. Daarbij vragen Het Nieuwe Werken, maar ook bepaalde beroepsgroepen, zoals thuiszorgmedewerkers speciale aandacht.
  • Splitsing in zakelijke reizen. Vanwege de splitsing tussen woon-werkverkeer en zakelijk reizen moeten verstrekkingen, zoals een OV-abonnement, ook gesplitst worden in 2013. Per 2014 komt de gerichte vrijstelling binnen de werkkostenregeling (WKR) voor zakelijk reizen te vervallen. Vergoedingen zult u dan in de vrije ruimte moeten laten vallen om deze onbelast te houden. Tegelijk zal de vrije ruimte verruimd worden naar 2,1% van de fiscale loonsom. De uitkomsten van de evaluatie van WKR kunnen hierin verandering brengen. Verstrekkingen mag u nog wel op nihil waarderen. Het is nog de vraag of de vrije ruimte verder verruimd kan worden om een eventuele afschaffing van de nihilwaardering te compenseren. Dan zou u zowel woon-werkverkeer als zakelijk reizen in de vrije ruimte kunnen laten vallen om beide onbelast te houden.
  • Het overgangsrecht. Werknemers die voor 25 mei 2012 een OV-abonnement hebben aangeschaft, mogen hier gedurende de geldigheid van het abonnement onbelast mee blijven reizen. Werknemers met een auto van de zaak die niet of nauwelijks privé rijden, zullen voortaan bijtelling verschuldigd zijn vanwege het woon-werkverkeer, dat al gauw boven de 500 kilometer per jaar zal uitkomen. Omdat dit niet was voorzien bij het afsluiten van een langdurend leasecontract (afgesloten voor 25 mei), hoeven gebruikers waarschijnlijk slechts een beperkte bijtelling te betalen van 25% van de normale bijtelling. Deze beperkte bijtelling geldt dan wel tot uiterlijk 1 januari 2017.