In kleinere organisaties is de afstand tussen de bestuurder en de werknemers vaak zo klein dat betrokkenheid van medewerkers als een vanzelfsprekendheid wordt gezien en de medezeggenschap niet formeel geregeld is. Een handreiking van de Sociaal-Economische Raad (SER) biedt tips om ook binnen kleine organisaties de betrokkenheid van en het draagvlak onder werknemers te vergroten.
De handreiking ‘Bereik uw doel met betrokken medewerkers’ (pdf) van de commissie bevordering medezeggenschap van de SER is gericht op organisaties met maximaal zo’n 100 werknemers. Omdat bestuurders binnen zulke relatief kleine organisaties vaak nauw betrokken zijn bij de werkvloer, is de betrokkenheid van werknemers vaak een vanzelfsprekendheid. Om echt te weten wat er leeft onder de werknemers, is het zaak om werknemers (formeel of informeel) op verschillende niveaus te betrekken bij de organisatie: meeweten, meepraten en meebeslissen. Zo krijgen werknemers de mogelijkheid om de bestuurder constructief tegen te spreken en zo de strategie en besluitvorming te verbeteren.
Voor organisaties met meer dan 30 werknemers is het efficiënter om de betrokkenheid van de werknemers te organiseren via een vertegenwoordigend orgaan zoals een personeelsvertegenwoordiging (PVT) of een ondernemingsraad (OR). Organisaties met 50 werknemers of meer zijn dat wettelijk verplicht (artikel 2 WOR). Uit het nalevingsonderzoek naar de Wet op de ondernemingsraden (WOR) in opdracht van het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) bleek onlangs echter dat 3 op 10 organisaties met een OR-plicht geen OR heeft. Voor zover er geen wettelijke verplichting om de betrokkenheid formeel te organiseren of als aanvulling op de formele vorm, is een informele vorm ook een optie. Denk aan een medewerkersenquête (tool), brainstormsessies voor een specifiek onderwerp of een projectgroep van werknemers die meedenkt met de bestuurder over actuele ontwikkelingen binnen de organisatie en ook aanschuift bij een overlegvergadering.