Behandeling vervanger VAR is weer uitgesteld

18 januari 2016 | Door redactie

De Eerste Kamer moet nog instemmen met de vervanger van de Verklaring arbeidsrelatie (VAR), de Wet deregulering arbeidsrelaties (DBA). Recent is de behandeling in de Eerste Kamer echter uitgesteld tot 26 januari, omdat staatssecretaris Wiebes nog antwoord moet geven op schriftelijke vragen van de Kamer.

De invoering van de Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties (DBA) roept heel wat vragen op. In de Eerste Kamer zijn vooral het CDA en D66 kritisch over de nieuwe wetgeving. De behandeling in de Eerste Kamer is daarom al eerder drie maanden uitgesteld. De staatssecretaris heeft nu aangegeven extra tijd nodig te hebben, omdat hij nog niet alle vragen van de Eerste Kamer heeft beantwoord. Behandeling en stemming in de Eerste Kamer staan nu gepland op 26 januari en 2 februari.

DBA zorgt voor onzekerheid

Daarnaast is het maar zeer de vraag of de DBA alle problemen oplost. Werkgevers zijn bang dat de DBA alleen maar zorgt voor meer onzekerheid. Om de risico’s voor de werkgever te beperken worden zelfstandigen zonder personeel (zzp’ers) namelijk steeds vaker doorverwezen naar arbeidsbemiddelaars en payrollbedrijven. Dat zorgt voor extra kosten en het is maar zeer de vraag of het dan niet gaat om een schijnconstructie. En ook de voorbeeldovereenkomsten geven nog niet altijd de gewenste zekerheid. Zzp’ers in de bouw moeten bijvoorbeeld hun eigen gereedschap en materiaal gebruiken. Maar wat gebeurt er als de zzp’er zijn gereedschap vergeet en iets moet lenen van de opdrachtgever? Er wordt dan immers niet meer gewerkt conform de voorbeeldovereenkomst.

Werken volgens goedgekeurde overeenkomst

Het is de bedoeling dat de VAR per 1 april wordt vervangen door een stelsel van goedgekeurde voorbeeldovereenkomsten (tool). Opdrachtgever en opdrachtnemer zijn daardoor beide verantwoordelijk voor de beoordeling van de arbeidsrelatie. Bij een goedgekeurde overeenkomst hoeft uw organisatie geen loonheffingen in te houden en te betalen. De opdrachtnemer moet dan wel volgens deze overeenkomst werken. Merkt de Belastingdienst bij een controle dat er niet gewerkt wordt volgens de overeenkomst, dan draait uw organisatie alsnog op voor de betaling van de loonheffingen. Dit risico was niet aanwezig bij de VAR, omdat de Belastingdienst dan aanklopte bij de opdrachtnemer.