In auto’s ingebouwde navigatiesystemen zijn niet altijd actueel en updates blijken vaak prijzig te zijn. Dit constateerde de Consumentenbond na een onderzoek onder de navigatiesystemen van 13 grote automerken.
Bij de in nieuwe auto’s ingebouwde navigatiesystemen speelt eigenlijk een beetje hetzelfde als bij smartphones: fabrikanten willen het beschikbaar gestelde kaart- en routemateriaal eerst nog aanpassen aan hun eigen systemen. Daardoor is het met de auto meegeleverde navigatiesysteem al bij aankoop vaak voorzien van verouderde kaarten. Updates zijn niet altijd vanzelfsprekend, of er moet een fiks bedrag voor betaald worden. Dit constateert de Consumentenbond na een onderzoek onder 13 grote automerken. Ook blijkt de update nog al eens achter te lopen bij de meest recente situatie, omdat de autofabrikant er zo lang over gedaan heeft om de kaarten aan te passen. Niet ideaal dus. Bij het aanschaffen van een of meer bedrijfswagens kan het dus een relevante vraag zijn om te informeren naar de staat van het kaartmateriaal, de frequentie van updaten, de kosten daarvan en ook de locatie.
Er zijn namelijk ook merken die updates alleen uitvoeren bij de dealer. Auto’s moeten dan terug om de update te kunnen binnenhalen. In de praktijk komt dit er dus op neer dat het óf hooguit een of twee keer per jaar gebeurt, bijvoorbeeld bij het wisselen van zomer- naar winterbanden, óf dat er alleen voor het updaten een paar keer per jaar garagebezoek nodig is. Bij het bezit van meerdere leaseauto’s kan uiteraard wel een aparte afspraak over dit punt gemaakt worden.