Opnieuw is Apple teruggefloten door de rechter voor het leveren van een niet volledig nieuw product aan klanten die een beroep deden op de garantie. In de zaak uit 2016 ging het om de definitie van het begrip ‘refurbished’ en in de huidige rechtszaak om ‘remanufactured’.
Klanten die bij een Apple-product binnen de garantietermijn tegen een onherstelbaar defect aan lopen, hebben recht op een volledig nieuw product. Dit heeft een Nederlandse rechter bepaald in de zaak van de koper van een iPad Air 2. De wifi van deze nieuwe tablet (tool) functioneerde niet en Apple kreeg het ook niet aan de praat. De koper kreeg toen als vervangend product een zogenoemde ‘remanufactured’ iPad. Volgens Apple is dat een functioneel gelijkwaardig product, waarin mogelijk eerder gebruikte onderdelen zijn verwerkt maar niet per definitie.
De koper nam hier geen genoegen mee en stapte naar de rechter. Apple verdedigde zijn aanpak door op te merken dat de koper na een eventuele reparatie (tool) ook geen geheel nieuwe tablet gekregen zou hebben. De rechter veegde dit argument van tafel; de consument heeft recht op een gelijkwaardig product. Remanufactured als het origineel remanufactured was, en nieuw als het om een geheel nieuw product ging. Apple krijgt deze leveringsverplichting dus opgelegd, en bovendien een dwangsom van € 100 voor iedere dag dat het bedrijf verzuimt aan deze voorwaarde te voldoen.
In 2016 speelde ook al een zaak over het leveren van een ‘refurbished’ product. Dit is een jong tweedehands apparaat dat is schoongemaakt, opgeknapt en eventueel van nieuwe onderdelen voorzien. Ook dat mocht toen van de rechter niet dienen als vervanging van een gloednieuw apparaat.