Deliveroo-zaak: zzp-constructie na arbeidsovereenkomst kan

26 juli 2018 | Door redactie

Een zelfstandige bezorger die van mening was dat hij een arbeidsovereenkomst had met platform Deliveroo, heeft zijn zaak hierover verloren. Volgens de kantonrechter was er geen sprake van schijnzelfstandigheid.

De zaak van de Deliveroo-bezorger heeft veel aandacht gekregen. Deze is ook interessant voor andere werkplatformen (zoals Uber) die werken met zzp-constructies. Bovendien benadrukt de uitspraak dat onder omstandigheden een werknemer uit dienst kan treden en vervolgens weer als zzp’er hetzelfde werk voor zijn oud-werkgever kan verrichten. Of een zzp’er daadwerkelijk geen dienstbetrekking heeft met een platformbedrijf, hangt echter altijd af van de specifieke situatie. Wat was de situatie bij de bezorger van Deliveroo?

Expliciet overeenkomst van opdracht aangegaan

De bezorger begon zijn werk bij Deliveroo als werknemer. Hij moest zich op bepaalde tijden beschikbaar stellen, gehoor geven aan oproepen om maaltijden te bezorgen en bedrijfskleding dragen. Hij mocht niet voor andere bezorgdiensten werken. Eind 2017 liet Deliveroo weten alleen nog met zelfstandige bezorgers te gaan werken. De werknemer stapte over naar de zzp-constructie en schreef zijn eenmanszaak in bij de Kamer van Koophandel. In de overeenkomst van opdracht (tool) met Deliveroo was expliciet aangegeven dat de partijen geen arbeidsovereenkomst wilden sluiten. Ook spraken ze af dat de bezorger niet verplicht was om werk te verrichten, zich door andere personen kon laten vervangen, voor andere bezorgdiensten mocht werken, enzovoorts.

Zzp-constructie in platformeconomie niet onaanvaardbaar

De bezorger begon desondanks een zaak, omdat er sprake zou zijn van een arbeidsovereenkomst. Voor een oordeel hierover keek de kantonrechter naar de overeenkomst én de uitvoering. Voor de rechter was het helder dat de partijen bewust een overeenkomst van opdracht hadden gesloten. Er viel niet te concluderen dat de bezorger geen keuze had of niet wist wat hij deed. Ook op basis van de praktijk was er geen arbeidsovereenkomst. De bezorger had veel vrijheid in onder andere het regelen van vervanging, het werken voor andere partijen, de werkplanning en het weigeren van instructies. Niet álle kenmerken van de arbeidsovereenkomst waren van toepassing: persoonlijke arbeid, loon én gezagsrelatie. Als zzp-constructies bij werkplatforms ongewenst worden geacht, is het aan de wetgever om daartegen maatregelen te treffen, aldus de rechter.
Rechtbank Amsterdam, 23 juli 2018, ECLI (verkort): 5183