Vanaf dit jaar moeten ondernemers voor de inkomstenbelasting (IB) er rekening mee houden dat ze nog maar tot 100% van de WOZ-waarde mogen afschrijven op hun bedrijfspand. Nu gelden dus dezelfde afschrijvingsregels voor een bedrijfspand in de IB en de vennootschapsbelasting.
De afschrijving op gebouwen wijkt af van de afschrijving op andere bedrijfsmiddelen. Een ondernemer mag namelijk maar tot een bepaalde ‘bodemwaarde' op een bedrijfspand afschrijven. Voor bedrijfspanden geldt dat de WOZ-waarde de ‘bodemwaarde’ bepaalt. Een ondernemer mag alleen afschrijven op een bedrijfspand zolang de boekwaarde hoger is dan de bodemwaarde (tool). Voor ondernemers in de IB gold tot 2024 voor gebouwen die zij ter belegging hielden al dat de WOZ-waarde de bodemwaarde was. Voor gebouwen in eigen gebruik was de bodemwaarde echter nog 50% van de WOZ-waarde. Maar dat is nu dus ook 100%, net zoals in de vennootschapsbelasting.
Er geldt echter wel overgangsrecht! Deze overgangsregeling houdt in dat op gebouwen in eigen gebruik die vóór 1 januari 2024 al tot het ondernemingsvermogen of resultaatvermogen van de ondernemer behoorden en waarop hij al vóór 1 januari 2024 heeft afgeschreven, maar nog niet over drie volledige boekjaren heeft afgeschreven, na 31 december 2023 gedurende de resterende jaren van die – in totaal – drie boekjaren nog mag worden afgeschreven volgens de in 2023 geldende regels. Maar neemt een ondernemer een bedrijfspand in 2024 voor het eerst in gebruik, dan valt het gebouw direct onder de ‘nieuwe’ bodemwaarderegeling.
Meer weten over het afschrijven op een bedrijfspand? Lees dan dit verdiepingsartikel!