Onder de werkkostenregeling (WKR) kan de werkgever een percentage van het totale fiscale loon van de organisatie besteden aan onbelaste vergoedingen, verstrekkingen en terbeschikkingstellingen aan werknemers. Sinds 2020 is de vrije ruimte verdeeld in twee schijven. Over de eerste € 400.000 van de loonsom geldt een verhoogd percentage.
In 2020 is het verhoogde percentage extra verruimd als onderdeel van de coronamaatregelen van de overheid: naar 3%. Van de loonsom boven de € 400.000 is 1,2% vrij te besteden aan vergoedingen en verstrekkingen aan werknemers.
In 2021 is het verhoogde percentage opnieuw verruimd naar 3% van de fiscale loonsom, het percentage dat geldt voor de rest van de loonsom is 1,18%.
Deelt de werkgever meer onbelaste vergoedingen en verstrekkingen uit dan de vrije ruimte toestaat, dan moet de organisatie over het meerdere 80% eindheffing betalen. Soms is dat toch een voordeligere optie dan het bruteren van een loonbestanddeel.