Vakantiegeld 2024 vaak lager vanaf modaal inkomen

25 april 2024 | Door redactie

In mei ontvangen veel werknemers hun vakantiegeld. Dit jaar ontvangen werknemers met een modaal inkomen of hoger hetzelfde of minder aan vakantiegeld vergeleken met vorig jaar. De lagere inkomens ontvangen over het algemeen juist meer vakantiegeld. Dat blijkt uit berekeningen van HR- en salarisdienstverlener ADP.

Zoals uit het bericht van gisteren al bleek, hebben werknemers recht op vakantiegeld (wettelijke term: vakantiebijslag (infographic) op grond van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML). De meeste werkgevers betalen dit vakantiegeld jaarlijks uit in mei. Dit jaar krijgen de werknemers met een modaal of hoger inkomen hetzelfde of minder vakantiegeld vergeleken met 2023. Zo ontvangen werknemers met een modaal inkomen (€ 3.395) € 19 minder dan vorig jaar. Werknemers die drie keer modaal verdienen (€ 10.185) krijgen € 637 minder.

Verrekeningspercentage oorzaak van verschillen

De opvallende verschillen ontstaan door het verrekeningspercentage op het standaard belastingtarief. Dit percentage moet ervoor zorgen dat de heffingskortingen (infographic) – die inkomensafhankelijk zijn – op de juiste manier worden berekend. Ieder jaar worden de grenzen waarbij de op- en afbouw van de heffingskortingen beginnen verlegd. En dat beïnvloedt de hoogte van de loonbelasting die op het vakantiegeld wordt ingehouden. Verdient een parttime werknemer bijvoorbeeld € 1.750 per maand, dan geldt daarvoor dit jaar een tarief van 5,54%. Vorig jaar ging het om 39,94%. Hij krijgt dit jaar € 578 meer aan vakantiegeld. Voor werknemers die € 3.000 verdienen (net onder modaal), daalt het tarief van 49,54% naar 41,13%. Hierdoor valt het vakantiegeld € 242 hoger uit. Voor de hogere inkomens ligt het anders: bij een drie keer modaal inkomen wordt dit jaar het toptarief van 49,5% nog gecorrigeerd met een verrekeningspercentage van +6,51%. Over de vakantiebijslag wordt daardoor 56,01% loonheffing ingehouden waardoor het vakantiegeld met € 637 daalt.

Invloed van invoering wettelijk minimumuurloon

Ook de invoering van het wettelijk minimumuurloon dit jaar heeft invloed op de hoogte van het vakantiegeld. Zo ontvangt een werknemer met het minimumloon op basis van een 36-urige werkweek € 15 minder vakantiegeld ten opzichte van 2023. Maar werknemers met een minimumloon die 38 of 40 uur per week werken, ontvangen juist meer vakantiegeld: respectievelijk € 12 en € 40. Belangrijkste oorzaak hiervoor is dat door het wettelijk minimumuurloon er bij een 38-urige en 40-urige werkweek ook over een hoger salaris (meer uren) vakantiegeld wordt opgebouwd.

 Bruto maandloon (€)Bruto vakantiegeld (€)Netto vakantiegeld (€)Netto verschil t.o.v. 2023 (€)
Parttime 1.000 960 907 + 15
Parttime 1.250 1.200 1.134 + 18
Parttime 1.750 1.680 1.587 + 578
Minimumloon (36-uur) 2.086 1.947 1.146 -15
Minimumloon (38 uur) 2.202 1.993 1.173 + 12
Minimumloon (40 uur) 2.318 2.039 1.201 + 40
Net onder modaal 3.000 2.880 1.695 + 242
Modaal 3.395 3.259 1.626 -19
1,5 x modaal 5.093 4.889 2.439 -28
2 x modaal 6.790 6.518 2.867 0
2,5 x modaal 8.488 8.148 3.584 0
3 x modaal 10.185 9.778 4.301 -637