Een auto van de zaak is voor werknemers een aantrekkelijke arbeidsvoorwaarde. Meestal mag de werknemer de auto ook voor privéritjes gebruiken. Hij heeft daardoor een privévoordeel (loon in natura). Dat voordeel verwerkt u door een bijtelling tot het loon van de werknemer te rekenen. Het moet dan gaan om meer dan 500 kilometer per jaar. Bij beperkt privégebruik kunt u bijtelling achterwege laten, maar hoe toont u beperkt privégebruik aan?
Er is sprake van een auto van de zaak als uw onderneming een auto ter beschikking stelt aan de werknemer. Bij een auto van de zaak gaat het om de personenauto die de werknemer met rijbewijs B mag besturen. U kunt hiervoor ook uitgaan van de vermelding op deel 1A van het kent