Erfbelasting besparen via huwelijk uitgesloten

16 augustus 2012 | Door redactie

Trouwen om flink op erfbelasting te besparen, lijkt een slimme tactiek. Als u getrouwd bent in algehele gemeenschap van goederen, heeft uw partner recht op de helft van het totale vermogen. Bij overlijden van uw partner, erft u deze helft. Dit bedrag valt dan onder het lage tarief van de erfbelasting en een hoge vrijstelling. Maar als het huwelijk puur en alleen om deze reden is gesloten, bestaat de kans dat het nietig zal worden verklaard.

In deze rechtszaak ging het om een stel dat in 2008 in het huwelijksbootje stapte. De twee trouwden in algehele gemeenschap van goederen. Er was echter een behoorlijk verschil in leeftijd, want de man was 22 jaar en de vrouw 79 jaar. Voor het huwelijk had de man geïnformeerd naar een mogelijkheid om zoveel mogelijk erfbelasting te besparen. Hij had daarbij aangegeven dat het een wens van de vrouw was om een groot deel van haar vermogen aan hem na te laten. Zijn broer en moeder zouden de rest van het vermogen erven. Zijn adviseur had daarop het advies gegeven om te trouwen in algehele gemeenschap van goederen. Bij overlijden van de partner pakt de vrijstelling voor erfbelasting namelijk een stuk hoger uit dan bij een andere relatie. Maar dit mag volgens het gerechtshof in Arnhem niet de enige reden zijn om te trouwen. Daarbij, beide partijen moeten hiermee instemmen. 

De vrouw begreep de gevolgen waarschijnlijk niet

Het gerechtshof twijfelde aan het geestesvermogen van de vrouw. Het was maar zeer de vraag of de vrouw wel de gevolgen van het huwelijk begreep en volledig achter deze beslissing stond. Op basis van verklaringen van professionals en familieleden twijfelden de rechters aan de intenties van de man. Het had er alle schijn van dat het huwelijk enkel en alleen was bedoeld om erfbelasting te besparen. De rechters verklaarden het huwelijk daarom met terugwerkende kracht nietig, zodat het alsnog uit de boeken kon worden geschrapt. Het huwelijk had dus geen vermogensrechtelijke gevolgen en de man kon niet profiteren van een mogelijke belastingbesparing.
Gerechtshof Arnhem, 5 april 2012, LJN: BW6572