Fiscus moet bewijs wel op tijd aanleveren

24 oktober 2011 | Door redactie

Heeft u een conflict met de Belastingdienst, dan moeten u en de fiscus wel op tijd de bewijzen op tafel leggen. Komt één van beide te laat met de bewijzen dan zal de rechter de bewijzen negeren. Dit blijkt uit een recente uitspraak van het gerechtshof ’s-Hertogenbosch.

In deze zaak ging het om een schildersbedrijf. In april 2009 ontving de ondernemer een aanmaning voor de  BTW-naheffingsaanslag over 2006. De ondernemer was het hier niet mee eens, omdat hij nooit een naheffingsaanslag ontvangen had. Het bezwaar van de ondernemer tegen de naheffingsaanslag kwam echter te laat en de inspecteur stelde dan ook dat het bezwaarschrift niet-ontvankelijk was. De zaak kwam eerst bij de rechtbank in Breda om te bepalen of het bezwaarschrift tijdig was. De rechtbank vernietigde de aanslag en de inspecteur moest een nieuw besluit nemen. De fiscus ging echter in hoger beroep tegen deze uitspraak.

Goede procesorde

De inspecteur leverde in hoger beroep nieuw bewijs aan om aan te tonen dat de naheffingsaanslagaanslag op 23 februari 2009 was verstuurd en door de TNT was bezorgd. Daarnaast kwam de inspecteur ook nog met een duplicaat van de aanslag. De fiscus stelde op basis van deze bewijzen dat het bezwaarschrift te laat was. De ondernemer vond echter dat de inspecteur te laat was met dit bewijs. De rechters gingen mee met de ondernemer en vonden het bewijs van de inspecteur ook te laat. Ze namen deze bewijzen dan ook niet mee bij de beoordeling. Voor een goede procesorde was ook vereist dat de bewijzen schriftelijk werden aangeboden en dat ze uiterlijk tien dagen voor het onderzoek beschikbaar waren. Dit was dus al tijdens de bezwaarfase. De ondernemer maakte dus terecht bezwaar. Het hof vernietigde de uitspraak van de rechtbank. De Belastingdienst moest de naheffingsaanslag uit het systeem verwijderen.
Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 24 juni 2011, LJN: BT6830