De inzet van personeel vraagt van de meeste organisaties flink veel geld. Maar soms zijn werkgevers meer euro’s kwijt dan nodig is, omdat zij geen gebruik maken van de verschillende subsidies en tegemoetkomingen. Om enige ordening aan te brengen in deze wirwar van regelingen, zet Rendement voor u een aantal financiële voordelen op een rij.
De overheid wil organisaties stimuleren om te werken aan duurzame inzetbaarheid en arbeidsparticipatie. U doet dit bijvoorbeeld door ouderen of arbeidsbeperkten aan te nemen of door personeel op te leiden. Wie zijn steentje bijdraagt, kan vaak ter compensatie gebruikmaken van subsidie of andere voordelen.
Biedt uw organisatie aan een scholier of student een praktijk- of werkleerplaats aan, dan maakt u mogelijk aanspraak op de subsidie praktijkleren (tool). U kunt deze subsidie aanvragen bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).
Een vergelijkbare regeling is de subsidie praktijkleren in de derde leerweg. Die subsidie heeft een andere doelgroep, namelijk werkzoekenden en met ontslag bedreigde werknemers die met kortdurende scholing hun arbeidsmarktkansen verbeteren. Voor beide regelingen geldt een maximumsubsidiebedrag van € 2.700 per werkleerplaats.
Naast deze twee regelingen zijn er ook nog diverse andere scholingssubsidies:
De SLIM-subsidie dateert uit 2020 en heeft een looptijd van vijf jaar, waardoor de regeling na dit jaar afloopt. Naar aanleiding van een positieve evaluatie wil het kabinet de subsidieregeling echter met eenzelfde periode verlengen, tot 2030. Ook is het plan om de regeling op basis van verbeterpunten uit de evaluatie op enkele punten te wijzigen.
De Wet tegemoetkomingen loondomein biedt uw organisatie twee tegemoetkomingen: het loonkostenvoordeel (LKV) en het lage-inkomensvoordeel (LIV). Bij deze regelingen gaat het om een tegemoetkoming per verloond uur, met een maximumbedrag per jaar.
Het LKV kunt u krijgen voor specifieke groepen, zoals arbeidsbeperkten. Het LIV geldt voor werknemers die minimaal 100% en maximaal 125% van het wettelijk minimumloon verdienen. Het jeugd-LIV ontvangt u mogelijk voor 18-, 19- en 20-jarigen.
De tegemoetkomingen worden na afloop van een kalenderjaar berekend en uitbetaald. De toolbox Zo profiteert uw organisatie optimaal van LKV en LIV op Rendement Online helpt u verder.
Vanaf volgend jaar vervalt de tegemoetkoming die werkgevers kunnen krijgen voor werknemers met een laag inkomen. Het doel van het LIV was dat werkgevers werknemers die net meer verdienden dan de ondergrens deze door het LIV wel in dienst zouden nemen. Maar dat bleek niet te gebeuren. Het LIV wordt voor het laatst uitbetaald in 2025, over het jaar 2024. Aan het jeugd-LIV kwam per 1 januari 2024 al een einde.
Elke werknemer heeft recht op het minimumloon, ook een zieke of arbeidsbeperkte werknemer die niet zelfstandig dit loon kan verdienen. Om te stimuleren dat u wel met die werknemers aan de slag gaat, vergoedt de overheid het verschil tussen de loonwaarde van de werknemer en het wettelijk minimumloon.
De maximale vergoeding is nooit meer dan 70% van het minimumloon. De loonkostensubsidie vraagt u aan bij de gemeente. Een werkgeversservicepunt kan u hierover adviseren (kijk op werk.nl).
Een variant is loondispensatie. U mag een Wajonger die minder werk aan kan, onder voorwaarden tijdelijk minder loon betalen. UWV vult het loon dan aan met een uitkering. De Wajonger zal wel minder pensioen opbouwen, want over de uitkering bouwt hij niets op. Bij de loonkostensubsidie verandert het pensioen niet, omdat u dan het gehele loon blijft doorbetalen en achteraf een vergoeding krijgt. Loondispensatie vraagt u aan via uwv.nl.
Lees ook de Vraag & Antwoord Wat is het verschil tussen loondispensatie en loonkostensubsidie?
Wie de voordeelregelingen ten volle wil benutten, moet er tijd en energie in steken. Regel dus dat één of meerdere werknemers hiervoor beleid opstellen en uitvoeren. Breng het personeelsbestand en de mogelijkheden (regelmatig opnieuw) in kaart en houd gestructureerd bij wanneer en hoe u werk moet maken van een regeling. Dit werk beperkt zich niet tot het indienen van een subsidieaanvraag: ook de verdere stappen in het proces moet iemand monitoren. U doet er uiteraard wel goed aan om vooraf vast te stellen of de kosten voor het beleid en de arbeidscapaciteit in verhouding staan tot de te behalen financiële voordelen.
Als een werknemer met een verhoogde kans op uitval binnen vijf jaar na zijn indiensttreding (soms is deze termijn langer) ziek wordt, betaalt UWV een Ziektewetuitkering in plaats van u het loon en gaan uw premies niet omhoog. Uw financiële risico wordt daardoor (gedeeltelijk) gedekt. Deze no-riskpolis (V&A) is van toepassing op onder meer WIA-gerechtigden, mensen met een arbeidsbeperking en oudere werklozen. Neem na een ziekmelding contact op met UWV.
Voor arbeidsbeperkten bestaan nog meer voorzieningen. Zo kunt u hen (maar ook langdurig werklozen) aannemen via een kosteloze proefplaatsing (infographic) van twee maanden. Na indiensttreding kan een jobcoach de werknemer ondersteunen en kunt u een vergoeding krijgen voor werkplekaanpassingen. U leest hier meer over op uwv.nl. Let op: ook de gemeente waar u gevestigd bent, kan een regeling hebben.
Bij slecht weer of noodsituaties – zoals een brand – kunt u werknemers soms geen werk geven. Onder voorwaarden hoeft u dan tijdelijk geen loon te betalen; UWV betaalt een WW-uitkering aan de werknemers. Hiervoor bestaan twee regelingen: werktijdverkorting en de regeling onwerkbaar weer (infographic). Op de site van de uitkeringsinstantie vindt u meer informatie.
Voor speur- en ontwikkelingswerk (S&O) – innovatie van de research & development-afdeling (R&D) – kunt u de kosten beperken. Voor R&D-werknemers hoeft u minder loonheffingen af te dragen. Dit is geregeld in de Wet bevordering speur- en ontwikkelingswerk (WBSO)
Deze subsidie heeft als doel als doel om de arbeidsmarktpositie van statushouders te verbeteren. Oekraïense vluchtelingen, asielzoekers en arbeidsmigranten vallen niet onder de regeling.
Om in aanmerking te komen voor de subsidie moet de werkgever activiteiten op de werkvloer ondernemen gericht op het leren van de vaktaal en het bijbrengen van de cultuur van de organisatie. De subsidie kan worden aangevraagd via het Subsidieportaal van Uitvoering Van Beleid (UVB).
De subsidie bedraagt voor een werkgever maximaal € 24.000 per aanvraag waarbij:
Het aanvraagtijdvak voor deze subsidie is voor het jaar 2024 inmiddels verstreken!
Voor ondernemingen die hun werknemers urenuitbreiding willen bieden, of misschien op zoek zijn naar een oplossing voor het personeelstekort, is er binnenkort wat reden tot optimisme. Vanaf 13 januari 2025 kunnen verschillende arbeidsmarktpartijen namelijk subsidie aanvragen voor projecten om werknemers meer uren te laten werken.
Organisaties van ondernemers kunnen vanaf 14 januari 2025 projecten financieren rond duurzame mobiliteit met de nieuwe subsidie COVER. Onder organisaties van ondernemers vallen onder andere brancheorganisaties, ondernemersverenigingen, industrieverenigingen, bedrijfsinvesteringszones (biz) of parkmanagementverenigingen op een bedrijventerrein.
Een organisatie ontvangt via COVER maximaal 75% subsidie op de kosten voor een project of activiteit. Het maximale subsidiebedrag voor een organisatie van ondernemers is € 100.000. Er kan onder andere subsidie worden aangevraagd voor projecten:
Ondernemers die laadinfrastructuur voor elektrische voertuigen willen aanschaffen of hier advies over willen, kunnen sinds 24 september 2024 de Subsidieregeling voor Private Laadinfrastructuur bij bedrijven (SPRILA) aanvragen. Dit geldt alleen voor laadinfrastructuur voor eigen voertuigen of voertuigen van werknemers.
Regeling | Besparing | Toepassing/aanvragen bij |
---|---|---|
Loonkostenvoordeel (LKV) | Maximaal € 6.000 per jaar per persoon | UWV/Belastingdienst/gemeente |
Subsidie praktijkleren | Maximaal € 2.700 per jaar per persoon | RVO |
Subsidie praktijkleren derde leerweg | Maximaal € 2.700 per jaar per persoon | RVO |
SLIM-subsidie | Maximaal € 25.000 voor individuele mkb’ers | Uitvoering Van Beleid SZW |
Tel mee met Taal | Maximaal € 1.500 per persoon | DUS-I |
Subsidieregeling omscholing naar kansrijke beroepen in de ICT en techniek | € 3.750 per omscholingstraject (maximaal zes) | RVO |
Scholing via branchepartij | Varieert per fonds | O&O-fonds |
Loonkostensubsidie | Verschil tussen loonwaarde en minimumloon | Gemeente |
Loondispensatie | Verschil tussen loonwaarde en minimumloon | UWV |
No-riskpolis | Maximaal twee jaar ZW-uitkering bij ziekte | UWV |
Voorzieningen voor arbeidsbeperkten | Varieert per situatie en voorziening | UWV of gemeente |
Wet bevordering speur- en ontwikkelingswerk (WBSO) | Varieert per situatie | RVO |
Werktijdverkorting | Varieert per situatie | UWV |
WW bij onwerkbaar weer | Varieert per situatie | UWV |
Subsidieregeling Ondersteuning Werkgevers Inzet Statushouders (SOWIS) | Varieert per aantal statushouders | Uitvoering Van Beleid SZW |
Subsidie voor urenuitbreiding |
Varieert per situatie | Uitvoering Van Beleid SZW |
COVER |
Maximaal € 10.000 | Uitvoering Van Beleid SZW |
SPRILA |
Maximaal € 350.000 | Uitvoering Van Beleid SZW |
Meer informatie over het recessieproof maken van uw personeelsbeleid vindt u in de toolbox Maak uw personeelsbeleid recessieproof in zeven stappen.