Artikel 16 van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) geeft uw OR het recht om één of meer externe deskundigen in te huren om u te adviseren in het kader van bijvoorbeeld een advies- of een instemmingstraject. Uw OR hoeft dus niet zelf de expertise in huis te hebben over alle onderwerpen die uw raad passeren. In hoeverre staat het uw OR vrij om zo’n deskundige te selecteren en heeft uw bestuurder daar ook invloed op?
Uw OR krijgt met allerlei uiteenlopende onderwerpen te maken waarop u inhoudelijk moet reageren. Sommige onderwerpen zijn erg technisch, complex en vereisen specialistische kennis. Denk aan pensioen, maar ook aan bijvoorbeeld een reorganisatie die op allerlei vlakken veranderingen teweegbrengt binnen uw organisatie. De kans is klein dat uw OR over ál die onderwerpen de benodigde expertise in huis heeft.
Gelukkig hoeft dat ook niet, want artikel 16 WOR geeft uw OR niet alleen recht op scholing, maar ook op het inhuren van één of meer externe deskundigen. Het inschakelen van een externe deskundige moet wel redelijkerwijs noodzakelijk zijn voor de uitvoering van uw OR-werk.
De externe deskundige kijkt misschien anders naar de plannen of ontwikkelingen
Het voordeel van een externe deskundige is dat hij vaker met het bijltje gehakt heeft. Hij is daardoor goed in staat om bijvoorbeeld analyses te maken van relevante documenten, de haalbaarheid van maatregelen te toetsen, de financiële situatie te beoordelen, maar ook om uw OR te begeleiden en stap voor stap door het hele proces te loodsen.
Dat is overigens niet alleen een voordeel voor uw OR. Ook uw bestuurder en organisatie hebben daar profijt van! Zo kijkt de externe deskundige misschien anders naar de plannen of ontwikkelingen en komt hij met oplossingen die eerder niet ter sprake zijn gekomen. Daarnaast kan de begeleiding door een deskundige leiden tot:
Doorgaans zijn er kosten verbonden aan het inwinnen van deskundig advies. Die kosten komen voor rekening van uw bestuurder, maar daaraan is een voorwaarde verbonden (artikel 22, lid 2 WOR). U moet uw bestuurder van tevoren informeren dat u een externe deskundige gaat inschakelen en welke kosten daarmee zijn gemoeid.
Die kosten moeten redelijkerwijs noodzakelijk zijn voor de vervulling van uw taak. Laat de externe deskundige van uw keuze dus altijd eerst een offerte sturen waarin zijn opdracht en werkzaamheden concreet beschreven zijn en wat hij daarvoor in rekening brengt. Op basis daarvan kunt u vervolgens uw bestuurder informeren.
De kosten voor een externe deskundige komen automatisch voor rekening van de organisatie, mits deze kosten redelijk zijn en u uw bestuurder hierover vóóraf informeert. Doe dit op tijd, zorgvuldig en schriftelijk namens de hele OR.
Hou hierbij ook de goede relatie met uw bestuurder in stand. Zeker als uw bestuurder invloed probeert uit te oefenen op uw keuze, kan dat vragen om een diplomatieke aanpak. Hou daarom de volgende aandachtspunten in gedachte:
De voorwaarde van de WOR dat ‘de kosten redelijkerwijze noodzakelijk moeten zijn voor de vervulling van de taak van de OR’ leidt in de praktijk nog wel eens tot vragen en discussies. Het is in eerste instantie aan de OR zelf om die redelijkheid te beoordelen. Uw OR moet de externe deskundige immers zelfstandig kunnen inschakelen.
Veel raden vergelijken de tarieven van verschillende specialisten dan ook met elkaar en zijn terughoudend met het maken van kosten. Staar u echter niet blind op het tarief en kijk ook goed naar wat de deskundige voor dat tarief te bieden heeft!
Is hij gespecialiseerd in dat wat uw OR specifiek nodig heeft, heeft hij kennis van de medezeggenschap en ook ervaring in het begeleiden van ondernemingsraden en heeft u op basis van het eerste contact vertrouwen in een goede samenwerking? Alleen dan kunnen uw OR en organisatie profiteren van de eerdergenoemde voordelen. Die kwaliteit mag dus best wat kosten, zonder dat het excessief is.
Uw OR heeft duidelijke bevoegdheden om voorgenomen besluiten te beoordelen
Een veelgehoord argument, van zowel bestuurder als ondernemingsraden zelf bij het beoordelen van te maken kosten, is dat de OR zich vooral moet bezighouden met het proces en de gevolgen voor de achterban en niet zozeer met de inhoud. De stelling is dan vaak dat de directie al goed heeft nagedacht over de inhoud en de te nemen maatregelen.
Het inschakelen van een (dure) externe deskundige zou dan dus niet nodig en misschien zelfs wel ongepast zijn. Ook stellen ondernemingsraden wel eens dat ‘zij toch niet het werk van de bestuurder gaan doen, en dat hij daarvoor betaald wordt en niet de OR’. Dit soort geluiden kunnen ook komen vanuit de achterban of een managementteam. Dit is echter een misverstand!
Hou er rekening mee dat uw bestuurder inderdaad eindverantwoordelijk is en uiteindelijk de besluiten neemt. Maar uw OR heeft duidelijke bevoegdheden om voorgenomen besluiten te beoordelen en wegen en om voorstellen te doen voor aanvullingen, wijzigingen of volledige alternatieven.
Zo is artikel 2 WOR daarin heel duidelijk: het gaat om het belang van een goed functioneren van de onderneming in al haar doelstellingen. Dat betekent dus dat zowel de inhoud, het beleid op alle uiteenlopende vlakken, de organisatiestructuur, de financiën en de sociale aspecten wel degelijk tot het domein van uw OR behoren! Daarbij hoeft u zeker niet alles tot in detail uit te werken; dat is inderdaad aan de bestuurder. Uw OR kan echter wel uitgangspunten formuleren waaraan de plannen of de uitkomst daarvan zouden moeten voldoen.
Een eigen gekozen onafhankelijke deskundige is een slimmere keuze
Naast de discussie over de noodzaak van te maken kosten voor het inschakelen van een deskundige, wil een bestuurder zich ook wel eens bemoeien met de keuze voor een bepaalde deskundige. De bestuurder oefent dan druk op de OR uit om te kiezen voor bijvoorbeeld een huisjurist of advocatenkantoor waarin hij vertrouwen heeft of waarmee al prijsafspraken zijn gemaakt.
Hoewel zo’n suggestie van uw bestuurder niet per definitie verkeerd hoeft te zijn en uw OR die partij in overweging kan nemen, is een eigen gekozen onafhankelijke deskundige een slimmere keuze. Voert uw bestuurder de druk op, dan kan uw OR de volgende argumenten aanvoeren voor een eigen en onafhankelijke keuze:
Uit artikel 16 WOR en jurisprudentie blijkt heel duidelijk dat de OR het recht heeft om zelfstandig te beslissen over de selectie en inhuur van een externe deskundige. De bestuurder mag suggesties doen, maar mag zich niet inhoudelijk bemoeien met de keuze.
Een onafhankelijke keuze voor een adviseur duidt op een zorgvuldige aanpak en creëert daarmee meer draagvlak bij de achterban. Dat is ook in het voordeel van de bestuurder.
Uw OR behartigt niet alleen de belangen van de achterban, maar juist ook die van de organisatie, zoals de continuïteit van de organisatie in sociaal en bedrijfseconomisch opzicht. Een eigen onafhankelijke deskundige kijkt met andere ogen dan een ‘huisjurist’ en dat is wat uw organisatie misschien juist nodig heeft.
Zolang uw kosten binnen budget blijven, kunt u het naar eigen inzicht besteden
De voorwaarden voor het inschakelen van een externe deskundige zijn niet van toepassing als u met uw bestuurder een jaarlijks budget heeft afgesproken. Zolang uw kosten binnen dat budget blijven, kunt u het naar eigen inzicht besteden (artikel 22, lid 4 WOR).
Realiseer u echter dat bij een budget het overeengekomen bedrag leidend is en dat overschrijding alleen mogelijk is als uw bestuurder daarvoor vooraf expliciet toestemming geeft. Dat is dus een groot nadeel van het werken met een budget. De behoefte aan externe ondersteuning is immers vooraf vaak niet te voorspellen en het overschrijden van het budget een hoge(re) drempel.