Veel organisaties onderzoeken momenteel of zij artificial intelligence (AI) kunnen inzetten in de bedrijfsvoering. Bij de razendsnelle ontwikkelingen doet het kabinet ook een duit in het zakje met een overheidsbrede visie op de risico's en kansen van zogeheten generatieve AI. Er is ook geld apart gezet om de AI-ontwikkelingen in Nederland te stimuleren.
In het bedrijfsleven is het nu een veelgehoorde vraag: moeten wij ook 'iets' met AI? En dat 'iets' kan van alles zijn. Van een tool die een gespreksverslag maakt van een vergadering tot een sparringspartner voor een of goede speech of een toepassing die automatisch fouten opspoort in de administratie. AI is dan ook een breed begrip, maar de laatste tijd heeft met name generatieve AI een enorme vlucht genomen. Dit zijn toepassingen die zelf tekst, beeld of bijvoorbeeld computercodes kunnen maken op basis van een opdracht ('prompt'). Het bekendste voorbeeld hiervan is ChatGPT (verdiepingsartikel). Dit programma heeft deze techniek voor een breed publiek toegankelijk gemaakt, omdat het heel gebruiksvriendelijk is.
De ontwikkelingen rondom generatieve AI gaan razendsnel. Dat levert bij organisaties de vrees op dat zij de boot missen als ze niet snel op de AI-trein springen. En overheden vragen zich bijvoorbeeld af of de regelgeving de ontwikkelingen wel bijhoudt, en of de risico's niet te groot worden. In de Europese Unie wordt daarom gewerkt aan een verordening die risico's moet beperken, de zogeheten AI Act. En de Nederlandse overheid heeft nu een visie op generatieve AI (pdf) opgesteld. Het kabinet erkent dat deze techniek een grote impact heeft op de maatschappij en de economie, en daarom wil de overheid 'niet aan de zijlijn' blijven staan, maar actief een kader geven voor de ontwikkelingen. Het kabinet ziet namelijk allerlei kansen in generatieve AI, zoals bij het beter beschikbaar maken van overheidsinformatie of in het versnellen van het proces van medicijnontwikkeling. Tegelijkertijd zijn er ook volop risico's, zoals privacyzorgen, de impact op de arbeidsmarkt en de groeiende afhankelijkheid van Amerikaanse techbedrijven.
In de visie heeft de overheid daarom vier uitgangspunten geformuleerd waar generatieve AI aan zou moeten voldoen. De techniek:
Uiteindelijk is het de bedoeling dat Nederland in Europa een 'koploper' wordt op het gebied van verantwoorde generatieve AI, zo staat in het visiedocument. Ook moet er een 'sterk landelijk en internationaal ecosysteem' ontstaan waarin volop ruimte is voor innovatie met deze techniek. Om dat te bereiken zet de overheid ook dingen in gang, aldus het document. Dat loopt via zes actielijnen:
Wat de innovatie betreft is het bijvoorbeeld de bedoeling om te onderzoeken of er mogelijk een veilige nationale testfaciliteit moet komen voor verantwoorde AI. Ook komen er in 2024 zogeheten innovatielabs, die door overheid en bedrijfsleven samen worden opgezet. Deze labs zijn gericht op innovatie met AI, vooral gericht op start-ups en het mkb. In het algemeen is er vanuit het Nationaal Groeifonds ruim € 200 miljoen beschikbaar om AI-kennis te vergroten, voor innovatie en voor toepassing van Nederlandse AI. Daarnaast vraagt het kabinet de Sociaal-Economische Raad (SER), een denktank van werkgevers, vakbonden en onafhankelijke experts, om in kaart te brengen wat de impact van AI op onder meer de arbeidsproductiviteit en de kwaliteit van werk is.