U moet sinds 1 juli 2011 een andere berekening maken bij de BTW-correctie voor het privégebruik van de auto van de zaak. Hierbij hoeft u niet langer aan te sluiten bij de bijtelling voor de loon- en inkomstenbelasting. U kunt uitgaan van het werkelijk gebruik of een BTW-forfait van 2,7% toepassen. Betaalt de werknemer een eigen bijdrage, dan heeft dit ook gevolgen voor de BTW-correctie.
In het bericht ‘BTW-correctie moet zonder eigen bijdrage’ kon u al meer lezen over de werking van deze BTW-correctie en hoe u om moet gaan met een eigen bijdrage van de werknemer. Het BTW-forfait van 2,7% is immers alleen van toepassing bij een auto van de zaak zonder eigen bijdrage. Betaalt de werknemer een eigen bijdrage dan kunt u in principe ook uitgaan van deze bijdrage. Dit is echter anders als de eigen bijdrage lager is dan de normale waarde van het privégebruik. Deze normale waarde is gelijk aan het aan privégebruik toe te schrijven bedrag dat de afnemer zou betalen als hij eenzelfde auto onder dezelfde omstandigheden zou willen krijgen van een zelfstandige leverancier. Dit komt in de meeste gevallen overeen met het deel van de leaseprijs dat is toe te rekenen aan het privégebruik. Hoe werkt dit in de praktijk?
Stel dat u een auto ter beschikking stelt aan een werknemer met een cataloguswaarde van € 25.000. De leaseprijs voor deze auto is € 550, waarvan € 250 voor het privégebruik van de werknemer. De werknemer betaalt een eigen bijdrage van € 100. Voor het berekenen van de correctie moet u uitgaan van de normale waarde. De normale waarde is € 250 x 12 = € 3.000 per jaar. De correctie voor de BTW is dan € 570 (19% van € 3.000). U mag echter ook het forfait van 2,7% toepassen. De BTW-correctie is dan gelijk aan € 675 (2,7% van € 25.000). Het is in dit geval dus voordeliger om gebruik te maken van de BTW-heffing over de normale waarde. Controleer dit dus goed als u de berekening maakt!