De ondernemingsraad vertegenwoordigt niet alleen de (vaste) werknemers, maar ook uitzendkrachten die in uw organisatie werken. Deze twee groepen hebben wettelijk recht op dezelfde arbeidsvoorwaarden; uw OR doet er goed aan om te controleren of de bestuurder de wet naleeft.
De ondernemingsraad heeft op basis van artikel 31d van de Wet op de ondernemingsraden recht op inzicht in beloningsverhoudingen. De bestuurder moet de ondernemingsraad minimaal jaarlijks schriftelijke informeren over de hoogte en inhoud van arbeidsvoorwaarden en afspraken van de verschillende groepen werknemers binnen de organisatie. Bovendien moet hij de OR minstens elk jaar voorzien van algemene gegevens over uitzendkrachten en zijn verwachtingen uitspreken voor het inzetten van uitzendkrachten in het aankomende jaar.
Uitzendkrachten hebben volgens de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (WAADI) recht op hetzelfde salaris als werknemers die in loondienst zijn. Bovendien hebben zij recht op dezelfde arbeids- en rusttijden, vakantiedagen en vakantieduur en gelden dezelfde regels voor werken op feestdagen. Ook moet een uitzendkracht interne vacatures kunnen inzien; bij sollicitatie hoort hij evenveel kans te maken als een vaste werknemer. Een slimme OR houdt nauw contact met uitzendkrachten en controleert via hen of de bestuurder de wet naleeft.
Uit recent onderzoek van vakbond FNV blijkt dat scheepsbouwer IHC zich niet aan de wettelijke regels houdt. Voor deze organisatie is een uitzendkracht 26% goedkoper dan een werknemers in vaste dienst. Uitzendkrachten lopen salaris mis en werknemers worden zo concurrenten van elkaar. De Wet aanpak schijnconstructies (WAS) springt al in op dit probleem: de Belastingdienst kan de organisatie aansprakelijk stellen voor het uitbetalen van het juiste loon aan uitzendkrachten. Bovendien kan Inspectie SZW boetes uitdelen en de inspectiegegevens openbaar maken van organisaties die zich niet aan de wet houden.