Familiebedrijf doet graag zaken met Duitsland

Uit onderzoek van accountantskantoor KPMG en de Europese organisatie voor Familiebedrijven EFB blijkt dat in 2014 driekwart van de Europese familiebedrijven actief was in het buitenland. Dat was 15 procent meer dan in 2013. Waarschijnlijk deden afgelopen jaar weer meer ondernemingen zaken in het buitenland. Voor Nederlandse ondernemers is uitbreiding naar Duitsland een logische stap. Het land ligt letterlijk naast de deur, heeft meer dan tachtig miljoen inwoners en de (zakelijke) cultuur lijkt wel een beetje op die van Nederland. Misschien onderschatten ondernemers juist daarom vaak de verschillen.

Aandachtspunten bij succesvol zakendoen met Duitsland

Er zijn weliswaar veel overeenkomsten tussen Duitsland en Nederland, op zakelijk gebied kunnen de verschillen tot vervelende situaties leiden. Ondernemers die zaken willen doen met Duitsland, kunnen de volgende aandachtspunten in acht nemen om hun buitenlandse avontuur succesvol te laten verlopen:

• Zorg ervoor dat alle zakelijke communicatie (tool) in foutloos Duits geschiedt.
• Mondelinge afspraken of e-mailafspraken maken is in Duitsland ongebruikelijk. Duitsers hechten aan formaliteit en zekerheid. Leg afspraken daarom altijd schriftelijk vast.
• De kosten van juridische dienstverlening zijn hoger dan in Nederland. Notariskosten zijn in Duitsland in de wet opgenomen en de notaris brengt een vaste prijs in rekening. Hetzelfde geldt voor de tarieven van advocaten. Onderhandelen over een lager tarief is dus niet toegestaan.
• Bij rechtstreeks zakendoen met consumenten, bijvoorbeeld via een webshop, is het niet zinvol in de algemene voorwaarden (e-learning) op te nemen dat het Nederlandse recht van toepassing is. Een consument mag zich namelijk wenden tot een rechter in eigen land. Deze zou dan het Nederlandse recht moeten toepassen, wat tot onhandige praktijksituaties kan leiden.
• In Duitsland genieten crediteuren niet zulke goede bescherming als in Nederland. Wanbetalers aanpakken is daarom lastig. Een betalingsregeling treffen, hoe onschuldig ook, kan door een Duitse rechter worden uitgelegd als een situatie waarin de ondernemer had kunnen vermoeden dat hij failliet zou kunnen gaan.
• Veel Nederlandse ondernemers hebben hun merk alleen geregistreerd in het Benelux merkenregister. Die registratie biedt geen bescherming voor het  gebruik van het merk in Duitsland.