Vermogenstoets in TOZO economisch voordeliger
Als het kabinet de zogeheten TOZO-regeling voor zelfstandigen straks nog wil verlengen, is het voor de economie beter als er een vermogenstoets in wordt gebouwd. Dat stelt het Centraal Planbureau (CPB) na bestudering van mogelijke varianten van de TOZO.
Bij de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (TOZO) kunnen onder meer zzp’ers aankloppen voor ondersteuning in deze moeizame coronatijden. Het TOZO-loket bij de gemeente biedt een aanvulling van het aankomen tot bijstandsniveau of bedrijfskrediet tot een bedrag van € 10.157.
Alleen steun voor ondernemers met weinig vermogen
Bij de verlenging van de coronasteun voor het bedrijfsleven is er in de TOZO-regeling al een partnertoets ingebouwd. Het inkomen van de partner van de zelfstandige telt dus mee bij het bepalen van de hoogte van de tegemoetkoming.
De TOZO geldt in principe tot 1 oktober 2020. Het CPB heeft nu bekeken wat de effecten zijn als de regeling in verschillende varianten wordt voortgezet. Eén van de opties is om naast de partnertoets ook een vermogenstoets in te voeren. Alleen ondernemers en hun partners met weinig vermogen komen dan in aanmerking voor steun. Als ondergrens rekent het CPB met € 6.000 vermogen voor alleenstaanden en € 12.000 voor een stel. Daarnaast zijn er in de studie (pdf) nog 2 varianten bekeken waarin de TOZO alleen geldt voor ondernemers die in sectoren zitten die waarschijnlijk nog lang last hebben van de coronacrisis, zoals de horeca en theaters.
Switch naar activiteiten die wel rendabel zijn
Extra steun voor ondernemers die door de crisis plotseling hun inkomen zien verdampen is nodig. Maar naarmate de crisis langer duurt is zo’n aparte regeling economisch gezien steeds minder logisch, aldus het CPB. De economie heeft er meer aan als ondernemers die zeer waarschijnlijk lange tijd geen winst maken switchen naar activiteiten die wél wat opleveren. Daarom ligt de TOZO-variant met een extra vermogenstoets economisch gezien het meest voor de hand. Die stimuleert ondernemers volgens het CPB om hun activiteiten aan te passen. Ook scheelt het ruim € 500 miljoen aan uitkeringslasten per kwartaal ten opzichte van de huidige TOZO. Als de steun afhangt van de specifieke sector zijn ondernemers juist minder geneigd om over te stappen.