Het openbaar ministerie meldt dat in een kwart van de faillissementsgevallen in Nederland zou zijn van fraude. Schattingen over de omvang van de schade door de fraude variëren van enkele honderden miljoenen euro’s tot meer dan een miljard euro. Wat houdt faillissementsfraude in?
Een faillissementsverzoek kan de ondernemer zelf indienen, maar ook een schuldeiser kan faillissement aanvragen. De rechter stelt vervolgens een curator aan die over de boedel gaat: de ondernemer is vanaf dat moment beschikkingsonbevoegd. Als er sprake is van een faillissement, is het doel de boedel te gelde te maken om vervolgens in een bepaalde rangorde de schuldeisers uit te betalen. Dan moet er nog wel wat meer over zijn dan alleen schulden.
Een ondernemer of bestuurder kan bepaalde bezittingen of vermogen voor de curator geheim houden. Dit heet verwijtbare benadeling. Hij kan geld wegsluizen door privé contant geld op te nemen of door machines, auto’s van de zaak en inventaris te verdonkeremanen. Hij kan debiteuren laten betalen via nieuwe bankrekeningen waar de curator geen weet van heeft. Hij kan een nieuwe BV oprichten en als directe of indirecte eigenaar met het meegenomen oude klantenbestand verder zakendoen. Ook kan hij schuldeisers om de tuin leiden door goederen onder de marktprijs te verkopen of niet de vaste rangorde aan te houden. De ene schuldeiser krijgt wel betaald, de andere niet. Dit heet bedrieglijke bankbreuk.
Een fraudeur kan ook een onderneming opzetten of overnemen om daar met opzet schulden mee te maken en vervolgens faillissement (tools) aan te vragen. Dit heet faillissement met voorbedachten rade. Dat kan ook ‘andersom’: ondernemers verkopen hun onderneming voor een symbolisch bedrag aan een koper, omdat ze zwaar in de schulden zitten. Maar onderhands betaalt de ex-eigenaar wel een mooi bedrag. De koper zorgt er vervolgens voor dat de oude boekhouding en alles van waarde in rook opgaat. De vroegere schuldeisers hebben het nakijken. Ook de inzet van een katvanger is een populair fraudemiddel. Kort voor het faillissement worden deze mensen zonder geld van de straat geplukt en als bestuurder, eigenaar of aandeelhouder in het Handelsregister ingeschreven. De voormalige bestuurder of eigenaar is dan dus niet langer aansprakelijk voor de schulden.
Bij een ‘gezonde’ faillissementsprocedure komt er altijd een curator aan te pas en is er sprake van een uitgebreide procedure. Een zogenoemde turboliquidatie gaat veel sneller. De bestuurder ontbindt en beëindigt op eigen initiatief zijn BV op dezelfde dag. Dat kan, maar alleen als er geen bezittingen zijn. Als die er wel zijn, is het een kleine moeite voor een fraudeur om deze te verdonkeremanen. Dan blijven alleen schulden achter kan een frauduleuze bestuurder ook deze wegsluizen zodat alleen schulden overblijven. Overigens wordt er gewerkt aan een wet waardoor schuldeisers meer mogelijkheden krijgen om te beoordelen of zij zijn benadeeld en of zij stappen kunnen nemen tegen de turboliquidatie.
In de rubriek 'Vragen over' behandelt Rendement een onderwerp waar lezers veel vragen over hebben. Heeft u ook een vraag? Stel deze dan aan de adviseurs van de adviesdesk!
Meer informatie over faillissementen vindt u in de toolbox Zo bent u voorbereid op een dreigend faillissement.
Meer informatie over fraude vindt u in de toolbox Zo beperkt u schade aan uw onderneming door fraude.