Belastingplichtigen die in het bezit zijn van box 3-inkomen dat uit meer bestaat dan alleen banktegoeden, zoals bijvoorbeeld vastgoed of aandelen, moeten nog even wachten op hun definitieve aanslag inkomstenbelasting of afhandeling van hun bezwaarschrift over de jaren 2017 tot en met 2022. De definitieve aanslagen en bezwaarschriften worden aangehouden tot er een nieuw arrest van de Hoge Raad is verschenen.
Momenteel lopen er meerdere cassatieprocedures bij de Hoge Raad over de vraag of het rechtsherstel voor het box 3-inkomen over de jaren 2017-2022 wel aansluit bij het Kerstarrest van 2021. De Belastingdienst wil hier eerst op wachten voordat hij definitieve aanslagen gaat uitreiken of uitspraken op bezwaarschriften gaat doen. De uitkomst van deze procedures kan namelijk van belang zijn voor de vaststelling van aanslagen met box 3-inkomen dat uit méér bestaat dan banktegoeden en voor de uitkomst van bezwaarprocedures tegen deze aanslagen.
Het aanhouden van de bezwaarschriften zorgt er echter wel voor dat de beslistermijn van de Algemene wet bestuursrecht wordt overschreden. Een belastingplichtige die daarom de Belastingdienst in gebreke stelt (V&A) krijgt wel een uitspraak op zijn bezwaarschift, dat dan in principe zal worden afgewezen. Hiertegen kan de belastingplichtige dan in beroep gaan. Maar de verwachting is dat de meeste belastingplichtigen zullen wachten op de arresten van de Hoge Raad.