Ruim helft werknemers in Nederland volgt cursussen

5 maart 2018 | Door redactie

Van de werknemers in Nederland volgt 54% met enige regelmaat een cursus, blijkt uit cijfers van het CBS. De bestuurder moet voor het instellen, wijzigen of intrekken van een regeling op het gebied van personeelsopleidingen eerst instemming vragen aan de OR.

Nederland ligt met een percentage van 54% werknemers die werkgerelateerde scholing volgen bijna op kop in Europa. Alleen in Zwitserland is het percentage hoger, namelijk 58%. Er is in Nederland een groot verschil tussen het aantal hogeropgeleiden en laagopgeleiden dat cursussen volgt: bijna 68% van de hogeropgeleiden volgt scholing, van de laagopgeleiden doet slechts 29% dat. Redenen om cursussen te volgen zijn onder andere beter worden in het huidige werk, het vergroten van de carrièrekansen, verplichting vanuit werk en organisatorische veranderingen op de werkvloer.

Personeelsopleidingen goed voor duurzame inzetbaarheid

OR heeft op basis van artikel 27, lid 1f van de Wet op de ondernemingsraden (WOR) instemmingsrecht (tools) op het invoeren, wijzigen of intrekken van beleid gericht op personeelsopleidingen. De OR kan bij het ontbreken van beleid zelf een initiatief (tool) aandragen bij de bestuurder op basis van artikel 23 WOR.
Uit de cijfers van het CBS blijkt dat werknemers onder de 45 jaar net iets vaker een cursus volgen dan werknemers boven de 45 jaar. De OR kan ervoor pleiten om het volgen van cursussen juist te stimuleren onder oudere werknemers. Zo houden ze hun kennis op peil, waardoor ze hun functie beter kunnen uitvoeren of zelfs breder inzetbaar zijn. Dit komt de duurzame inzetbaarheid ten goede.