De doelen uit het Nationaal Preventieakkoord voor de aanpak van roken, alcohol en obesitas worden keer op keer niet gehaald. Uit doorrekeningen van het RIVM blijkt dat de afspraken onvoldoende impact hebben. Er zijn extra maatregelen nodig, onder meer van werkgevers en arboprofessionals.
In 2018 hebben ruim 70 partijen en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) afspraken gemaakt om roken, alcoholgebruik en obesitas te verminderen voor 2040. Deze afspraken staan in het Nationaal Preventieakkoord (NPA). Het RIVM heeft de impact van deze afspraken voor de drie doelen doorgerekend en komt tot de conclusie dat zij niet gehaald worden. Er zijn extra maatregelen nodig. Die moeten deels van de overheid komen - denk aan prijsverhogingen van tabak en alcohol en beperking van de beschikbaarheid en van reclame - maar ook van werkgevers in bedrijven en professionals in de zorg, zoals de bedrijfsarts. Roken en alcoholgebruik en een gezonde leefstijl moeten onderwerp van gesprek zijn in de spreekkamers van bedrijfsartsen en dat gebeurt nog onvoldoende.
Ook werkgevers kunnen meer doen om bij te dragen aan het behalen van de doelen uit het Nationaal Preventieakkoord. De ambities zijn: nul rokende jongeren in 2040, maximaal 38% volwassenen met overgewicht en 5% problematische drinkers. Maatregelen die werkgevers kunnen nemen zijn onder meer het aanbieden van gezonde alternatieven in de bedrijfskantine en in automaten, het beschikbaar stellen van werkfruit en bedrijfsfitness, ontmoedigen van roken op het bedrijfsterrein, maar ook het aanbieden van een Preventief Medisch Onderzoek (PMO). De bedrijfsarts kijkt dan ook naar leefstijl en geeft adviezen voor de gezondheid van de werknemer. Het verplicht aan te bieden PAGO (periodiek arbeidsgezondheidskundig onderzoek) kijkt alleen naar gezondheidsproblemen in relatie tot het werk. Het rapport Impact van het Nationaal Preventieakkoord met de doorrekeningen van het RIVM zijn van de website te downloaden.