Compensatie box 3 alléén voor spaargeld

29 april 2022 | Door redactie

Het kabinet kiest ervoor om de te hoge heffing in box 3 van de inkomstenbelasting alléén voor spaargeld te compenseren. De heffing op beleggingen blijft ongewijzigd. Ook geldt de compensatie zoals eerder aangegeven nu alleen voor belastingplichtigen die eerder bezwaar hebben gemaakt tegen hun aanslag. Hoe ziet de compensatie er praktisch uit?

De compensatieregeling is het antwoord van het kabinet op een vernietigend arrest van de Hoge Raad van eind vorig jaar. De hoogste rechter van ons land oordeelde namelijk dat het systeem voor de heffing in box 3 (toolbox) juridisch niet deugt. De fictieve verdeling tussen spaargeld en beleggingen die erin zit vond de Hoge Raad te oneerlijk. Bovendien moest er ‘rechtsherstel’ komen voor gedupeerden voor de jaren vanaf 2017.

Kabinet kiest minst ruime variant

Het kabinet heeft eerder twee scenario’s opgesteld  voor hoe die compensatie eruit zou kunnen zien. De keuze is nu gevallen op de minst ruime variant, zo meldt staatssecretaris Marnix van Rij aan de Tweede Kamer (pdf). Die variant houdt in dat de heffing voor spaargeld met terugwerkende kracht wordt gebaseerd op de actuele spaarrente. De eerder opgelegde heffing op beleggingen blijft daarbij overeind.
Als het kabinet voor de tweede variant zou kiezen zou er ook voor beleggingen gerekend worden met het actuele gemiddelde rendement op bijvoorbeeld aandelen. Dat zou de compensatie ook een stuk duurder maken voor de schatkist. De kosten worden nu geraamd op € 2,8 miljard. Dat kan nog veel meer worden als ook gedupeerden die géén bezwaar hebben gemaakt gecompenseerd worden. Het besluit daarover valt in het najaar. Over de dekking van de € 2,8 miljard geeft het kabinet eind mei duidelijkheid.

Compensatie box 3 in de praktijk

Hoe gaat de compensatie er in de praktijk uitzien? Dat verschilt per belastingjaar. Wel geldt voor alle gevallen dat belastingplichtigen zelf nu geen actie hoeven te ondernemen, aldus Van Rij. Per belastingjaar zijn dit nu de uitgangspunten voor de compensatie:

  • 2017-2020, voor aanslagen over deze jaren die al definitief vaststaan en die onder het massaal bezwaar vallen: De heffing voor het spaargeld wordt herrekend op basis van de werkelijke spaarrente in die jaren (zie de tabel onderaan dit bericht). Deze belastingplichtigen krijgen tussen 1 juli en 4 augustus aanstaande automatisch geld terug.
  • 2017-2020, aanslagen die nog niet waren opgelegd of nog niet onherroepelijk vaststonden op 24 december 2021 (de datum van het arrest van de Hoge Raad): zij krijgen rechtsherstel volgens dezelfde uitgangspunten, maar dit zal de Belastingdienst pas later in gang zetten. Voor aanslagen die nog niet onherroepelijk vaststonden vanaf medio september, en voor gevallen waarin er nog geen aanslag is opgelegd vanaf medio oktober.
  • 2021: als de ingediende aangifte inkomstenbelasting leidt tot een teruggave, dan krijgt de belastingplichtige (zoals altijd) een voorlopige aanslag. Die volgt nog de ‘oude’ systematiek. Later volgt de definitieve aanslag, waarin wél is gerekend met de uitgangspunten van de compensatieregeling. De Belastingdienst gaat aanslagen met een box 3-element vanaf augustus gefaseerd opleggen. Waarschijnlijk gaat in augustus het online aangifteprogramma voor 2021 weer open. In die bijgewerkte versie kunnen belastingplichtigen nog een herziene aangifte indienen, bijvoorbeeld met een andere verdeling van vermogen tussen de fiscale partners.
  • 2022: De heffing in box 3 houdt rekening met de werkelijke spaarrente, het forfait voor beleggingen wordt berekend volgens de oude systematiek. De aanslagen worden in 2023 volgens het normale draaiboek opgelegd.
  • 2023 en 2024: Voor deze jaren wordt overbruggingswetgeving voorbereid, waarbij de heffing in box 3 tijdelijk wordt gebaseerd op de gekozen compensatiemethode. Deze wetgeving komt in het Belastingplan 2023, dat op Prinsjesdag naar buiten komt. Vanaf 2025 moet er een nieuw stelsel voor box 3 gaan gelden.

Spaarrente loopt af van 0,25% naar 0,01%

De forfaitaire percentages die het kabinet hanteert bij het herrekenen van aanslagen in box 3 staan in de tabel hieronder. Voor het percentage voor de aftrek van schulden is aangesloten bij de hypotheekrente.

Forfaits compensatieregeling box 3
  2017 2018 2019 2020 2021
Spaargeld 0,25% 0,12% 0,08% 0,04% 0,01%
Schulden 3,43% 3,20% 3,00% 2,74% 2,46%
Beleggingen    5,39% 5,38% 5,59% 5,28% 5,69%