Minister roept op om passende stagevergoeding te geven

13 oktober 2023 | Door redactie

In sommige sectoren ontvangt een groot deel van de studenten geen stagevergoeding. Demissionair minister Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap roept nu sociale partners op om cao-afspraken over stagevergoedingen te maken.

De minister vindt dat alle studenten die voor hun opleiding stage lopen een passende vergoeding verdienen. Werkgeversverenigingen en vakbonden zouden afspraken moeten maken voor cao’s waarin geen stagevergoeding geregeld is. Eerder besteedde de minister in een stagepact voor het mbo al aandacht aan stagevergoedingen voor mbo’ers. Uit nieuw onderzoek onder hbo’ers blijkt dat ook in het hbo nog stappen zijn te maken. In bijvoorbeeld de onderwijssector hoeven hbo-studenten niet op een stagevergoeding te rekenen. En ook in de zorg is er ruimte voor verbetering.

Stagiair krijgt gemiddeld € 324 per maand

74% van de hbo’ers die stage lopen ontvangt een stagevergoeding. Zij krijgen gemiddeld € 2,41 per uur en € 324 per maand (bij het gemiddelde van 31 uren per week). Bij opleidingen op het gebied van economie, techniek of ICT wordt het vaakst een vergoeding betaald en is deze vergoeding gemiddeld genomen ook het hoogst. Bij een derde van de studenten speelt een stagevergoeding een (grote) rol bij de keuze voor een stageplek (toolbox).
Minister Dijkgraaf wil meer zicht op stagevergoedingen krijgen door jaarlijks met het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid onderzoek te doen naar cao-afspraken hierover. Ook werkt hij met het Centraal Bureau voor de Statistiek aan een nieuwe monitor om de vergoedingen aan mbo-, hbo- en wo-studenten in kaart te brengen. Het mbo en hbo geven zelf alvast het goede voorbeeld: in de eigen cao-akkoorden van dit jaar zijn vergoedingsafspraken gemaakt. In het mbo gaat het om minimaal € 250 per maand, het hbo-akkoord spreekt over een ‘realistische stagevergoeding’.

Onderscheid maken tussen vergoeding en loon

Werkgevers hoeven niet te wachten op cao-regels, tenzij de cao werkgevers geen ruimte biedt om aanvullende afspraken te maken. Zeker met het oog op de arbeidsmarktkrapte doen werkgevers er goed aan stages zo aantrekkelijk mogelijk te maken. Een aandachtspunt is dat er wel een duidelijk onderscheid moet blijven bestaan tussen stagiairs en werknemers, als de werkgever wil voorkomen dat een stagiair een arbeidsovereenkomst met bijbehorende rechten kan claimen (artikel) of dat de Arbeidsinspectie een boete oplegt. Daarvoor is het onder meer relevant dat de stagevergoeding geen reële beloning is. De vergoeding moet dan duidelijk lager liggen dan de lonen van werknemers.