De aanstaande wijziging van het loonbegrip voor de werkkostenregeling heeft ook gevolgen voor de berekening van een eventuele onbelaste vergoeding voor extraterritoriale kosten. Volgens de huidige regels mag u onder voorwaarden 30% van het loon van een buitenlandse werknemer (inclusief deze vergoeding) onbelast vergoeden. Het ministerie van Financiën heeft die formulering aangepast.
De 30%-regeling zorgt ervoor dat u onder voorwaarden aan een buitenlandse werknemer – of een naar het buitenland uitgezonden werknemer – een forse onbelaste vergoeding kunt geven voor extraterritoriale kosten. Dit zijn kosten die de werknemer maakt voor zijn verblijf in het buitenland. De grondslag voor de 30%-regeling bestaat uit het loon plus de onbelaste vergoeding voor extraterritoriale kosten zelf. Van de som van deze twee bedragen mag u 30% belastingvrij vergoeden. In de werkkostenregeling geldt een gewijzigd loonbegrip. Alles wat een werknemer ontvangt aan vergoedingen of verstrekkingen is ook loon. Daarom heeft staatssecretaris Weekers van Financiën de wettekst per 1 januari 2011 aangepast (pdf). De grondslag voor de 30%-regeling bestaat dan alleen nog maar uit het loon van de buitenlandse werknemer, omdat de vergoeding hier dan per definitie al deel van uitmaakt.
Mocht u overigens per 1 januari gebruikmaken van het keuzeregime en nog niet overstappen op de werkkostenregeling, dan blijft de oude formulering ongewijzigd van kracht. De nieuwe wettekst geldt alleen bij toepassing van de werkkostenregeling.