Wat te doen voor snellere beoordeling van WIA-uitkering?

30 augustus 2022 | Door redactie

Al geruime tijd is er een forse achterstand in de sociaal-medische beoordelingen voor arbeidsongeschiktheidsuitkeringen van UWV. Minister Van Gennip van SZW heeft daarom in een Kamerbrief een reeks nieuwe maatregelen aangekondigd.

De wettelijke beoordelingstermijn van UWV voor een WIA-uitkering is acht weken, maar momenteel bedraagt de gemiddelde wachttijd maar liefst 18 weken. Duizenden mensen moeten te lang wachten op een WIA-beoordeling (artikel) of herbeoordeling, wat leidt tot onzekerheid over het inkomen, tot betaling van miljoenen euro’s aan dwangsommen door UWV en tot onduidelijkheid voor werkgevers. De achterstand voor de WIA en Ziektewet heeft diverse oorzaken. Zo zijn er niet genoeg verzekeringsartsen voor de keuringen te vinden, terwijl de vraag naar (her)beoordelingen toeneemt. Ook kosten de keuringen steeds meer tijd en gooide corona roet in het eten. In overleg met UWV heeft de minister nu een gefaseerde aanpak (pdf) opgesteld voor verbetering.

Re-integratiekansen benutten door tijdige toetsing re-integratieverslag

Eerder werden al maatregelen geïntroduceerd, zoals de invoering van een zogeheten regiemodel voor sociaal-medische beoordelingen. Maar er is meer nodig, ook om het plan uit het regeerakkoord voor een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen uitvoerbaar te maken. Voor de korte termijn gaat UWV bekijken welke maatregelen er mogelijk zijn binnen de wettelijke kaders. De minister noemt onder meer het op tijd toetsen van het re-integratieverslag, zodat de werkgever en werknemer re-integratiekansen kunnen benutten, en het efficiënter laten verlopen van processen.

Arbeidsdeskundige mag WIA-claimbeoordeling uitvoeren

De minister wil echter ook tijdelijk buitenwettelijke maatregelen nemen. Voor 60-plussers moet het tot eind 2023 mogelijk worden de WIA-claimbeoordeling door een arbeidsdeskundige van UWV te laten uitvoeren, in plaats van door een verzekeringsarts. Dit is alleen een optie als de werknemer én de werkgever hiermee akkoord gaan. De arbeidsdeskundige kan daarbij bepalen dat een oordeel van de verzekeringsarts toch noodzakelijk is. Bovendien is het uitgangspunt dat niemand door deze maatregel benadeeld wordt. Dit houdt ook in dat uitkeringen op basis van deze vereenvoudigde WIA-beoordeling niet aan publiek verzekerde werkgevers worden toegerekend via de premie voor de Werkhervattingskas (tool) en niet aan eigenrisicodragers worden doorbelast.
Daarnaast wil de minister UWV toestaan om gedurende vijf jaar geen herbeoordeling uit te voeren van mensen in de IVA en in de Wajong, die duurzaam volledig arbeidsongeschikt zijn verklaard en die er ondanks hun beperkingen in slagen om betaald werk te krijgen.

Grotere wetswijzigingen vergen een zorgvuldige voorbereiding

Tot slot gaat de minister in haar brief in op mogelijke maatregelen voor de (middel)lange termijn. Het gaat dan om grotere wetswijzigingen die een zorgvuldige voorbereiding vergen. Dit najaar wordt er een commissie aangesteld die breed naar oplossingen voor het stelsel van ziekte en arbeidsongeschiktheid gaat kijken. Die commissie zal onder meer aandacht besteden aan zogeheten 35-minners, oftewel mensen die voor minder dan 35% arbeidsongeschikt worden verklaard en daarom geen WIA-uitkering krijgen, maar die het ook niet lukt om werk te vinden.