Volgens het College voor de Rechten van de Mens lopen vrouwen met een tijdelijk arbeidscontract een groot risico hun baan te verliezen vanwege een zwangerschap. Dat blijkt uit een analyse van de meldingen die zijn binnengekomen via het Meldpunt Zwangerschapsdiscriminatie.
Volgens het College voor de Rechten van de Mens lopen flexibele werkneemsters die zwanger zijn of net bevallen een groot risico te worden gediscrimineerd. Zij verliezen hierdoor hun baan; soms door het niet verlengen van een contract, soms door ontslag. Dat blijkt uit een analyse (pdf) van de meldingen bij het tijdelijke Meldpunt Zwangerschapsdiscriminatie. Het college denkt dat vooral werkgevers in de uitzendbranche niet op de hoogte zijn van de regels rond zwangerschap. Zij moeten zwangere werkneemsters beschermen en bij discriminatie de inlener of opdrachtgever aanspreken.
Omdat bleek dat het aantal vrouwen dat te maken krijgt met zwangerschapsdiscriminatie nog even groot is als vier jaar geleden, heeft het College voor de Rechten van de Mens in mei 2017 een tijdelijk Meldpunt Zwangerschapsdiscriminatie geopend. Bijna 20% van de meldingen tot nu toe komt van vrouwen die werken via de uitzend- en detacheringsbranche. Bij de helft gaat het om het niet verlengen van een tijdelijk contract en bij een kwart volgde ontslag na bekendmaking van de zwangerschap (ondanks dat hiervoor een opzegverbod geldt). Bij één op de acht is tegen de vrouw in kwestie gezegd dat de zwangerschap reden is om de overeenkomst te stoppen.
In 20% van de gevallen was een aan zwangerschap gerelateerde ziekte (zoals bekkeninstabiliteit of misselijkheid) vermoedelijk de reden om de arbeidsovereenkomst te beëindigen. Ook dit laatste is een vorm van discriminatie en verboden. Discriminatie komt voor in het Wetboek van Strafrecht, en is dus strafbaar. Vanuit de Arbowet is de werkgever verplicht beleid te voeren tegen discriminatie op de werkvloer (tool), één van de vormen van psychosociale arbeidsbelasting (PSA). Daarnaast moet hij het risico van discriminatie opnemen in de risico-inventarisatie en -evaluatie en maatregelen hiertegen in het plan van aanpak.