Miljarden naar Brainport, wachten op fiscale oppepper

2 april 2024 | Door redactie

De Rijksoverheid en regionale overheden trekken de portemonnee om de chipsector in de Brainport-regio rond Eindhoven te ondersteunen. In totaal wordt er ruim € 2,5 miljard ingezet. De maatregelen voor de fiscale ondersteuning van het vestigingsklimaat, waar ook ondernemingen buiten Eindhoven reikhalzend naar uitkijken, volgen 'op korte termijn'.

Het bedrijfsleven heeft de zorgen over het afglijden van het Nederlandse ondernemingsklimaat de afgelopen tijd hardhandig op de politieke agenda gezet. Vooral de noodkreet van chipmachinemaker - en kroonjuweel van de Nederlandse techsector - ASML dat er echt wat moet gebeuren, omdat de onderneming anders elders gaat investeren, is duidelijk aangekomen op de Haagse burelen. De overheid ziet zich daarom genoodzaakt om in actie te komen, ook al is het kabinet demissionair.

Geld naar onderwijs, openbaar vervoer en woningbouw

Daarom is er nu een pakket maatregelen waarmee het Rijk en regionale overheden samen gaan investeren in de Brainport Eindhoven. Er gaat geen geld rechtstreeks naar ASML of andere ondernemingen, het zijn maatregelen die de infrastructuur in de regio moeten versterken. Zo wordt er € 450 miljoen ingezet om snel meer technici op te leiden voor de chipsector. Geen overbodige luxe, want tegen 2030 wordt voor de chipsector en haar toeleveranciers een tekort van 72.000 werknemers voorspeld. Er wordt daarom onder meer ingezet op extra instroom en omscholing. Daarnaast gaat er geld naar het verbeteren van de bereikbaarheid van de regio, bijvoorbeeld met investeringen in snelbussen tussen station Eindhoven Centraal en Veldhoven, waar ASML zetelt. Ook worden er oplossingen gezocht voor knelpunten op het stroomnet in de regio en wordt er geïnvesteerd in de bouw van 17.000 extra woningen.

Nationaal Groeifonds deels ingezet voor financiering

In totaal is met het pakket € 2,51 miljard gemoeid, waarvan het Rijk € 1,73 miljard draagt. De andere honderden miljoenen komen van regionale overheden en het bedrijfsleven. Het lijkt erop dat voor de bijdrage van het Rijk geen nieuwe financiële dekking hoeft te komen, want het geld komt uit bestaande potjes. Zo zet het kabinet € 1,28 miljard uit het Nationaal Groeifonds in voor deze investeringen. Het kabinet merkt in de begeleidende brief bij de investeringen (pdf) overigens wel op dat de maatregelen zijn gebaseerd op de 'huidige groeiprognoses en investeringsplannen voor de chipsector en Brainport'. Als die plannen in de toekomst anders worden - bijvoorbeeld als ASML toch besluit om elders te investeren of het hoofdkantoor te verplaatsen naar het buitenland - kan dat ertoe leiden dat de groeiprognoses en de 'daarbij benodigde inzet worden bijgesteld', schrijft het kabinet. Ofwel: het geld is enigszins voorwaardelijk, al heeft het kabinet al eerder benadrukt dat zij niet op de stoel van bedrijfsbesturen wil gaan zitten.

Wachten op fiscale maatregelen

Hoewel het vestigingsklimaat in de regio Brainport dus in elk geval een flinke oppepper krijgt, zit het bedrijfsleven ook nadrukkelijk te wachten op fiscale steun om het ondernemingsklimaat te laten opklaren. Vorig jaar heeft de Tweede Kamer namelijk in één avond een groot aantal wijzigingen doorgevoerd in de begroting die kwaad bloed hebben gezet bij ondernemingen. Daarbij gaat het onder meer om het flink opvoeren van de tarieven in box 2 van de inkomstenbelasting, een belasting op het inkopen van eigen aandelen door ondernemingen, een extra bankenbelasting en het versoberen van de zogeheten 30%-regeling. Die laatste geeft belastingvoordeel voor buitenlandse werknemers en is daarmee óók van groot belang voor onder meer ASML. Meer in het algemeen zijn ondernemers ontevreden over het zigzaggende fiscaal beleid, want voor langetermijninvesteringen is het juist van belang dat het fiscaal gebied stabiel en voorspelbaar is.

Alternatieve dekking zoeken is ingewikkeld

Bij de aankondiging van het investeringspakket erkent het kabinet de zorgen over het fiscale beleid, en kondigt aan dat het op korte termijn komt met alternatieve financiële dekkingsopties voor onder meer de hierboven genoemde belastingingrepen. Het kabinet gaat hierover een brief naar de Tweede Kamer sturen. Dat moet vóór of uiterlijk tegelijkertijd met de Voorjaarsnota gebeuren. Deze Voorjaarsnota, met daarin mogelijke ingrepen om de begroting voor het lopende jaar bij te sturen, staat vooralsnog voor april op de planning. Over wat die alternatieve dekking kan inhouden, is het nu nog speculeren. Bovendien is het dan aan het parlement om te besluiten over de voorgestelde maatregelen. Zeker is dat het een financieel ingewikkelde puzzel is, juist ook omdat de genoemde belastingingrepen op hun beurt weer de dekking zijn voor andere plannen. Daarnaast is het niet eenvoudig om bij alternatieve dekking het bedrijfsleven fiscaal te ontzien én is het nog niet zeker hoe de nieuwe Tweede Kamer over dit soort vraagstukken zal stemmen.