Het is eindelijk mooi weer. Misschien zijn er in uw organisatie zelfs al collega’s op teenslippers gesignaleerd. Daar is niet echter elke werkgever van gediend. Mag een werkgever daar dan paal en perk aan stellen?
Voor werknemers met een representatieve functie, zoals secretaresses en verkoopmedewerkers is het vanzelfsprekend dat ze representatief gekleed moeten zijn. Zij vormen immers het gezicht van de organisatie naar de buitenwereld. Betekent dit dat de werkgever hen bij mooi weer mag verbieden om met een korte broek en teenslippers naar het werk te komen? Hij mag onder bepaalde voorwaarden kledingvoorschriften opleggen. Deze regels moeten dan wel duidelijk en redelijk zijn en vooral geen discriminerende lading hebben.
Het hanteren van kledingvoorschriften mag niet te veel ingrijpen in het privéleven van de werknemer. Bij het invoeren van kledingvoorschriften heeft de ondernemingsraad in sommige gevallen instemmingsrecht.
Mochten er toch problemen ontstaan over de kledingvoorschriften van uw organisatie, dan kan het een zaak zijn voor de kantonrechter. Die kijkt hierbij naar verschillende aspecten zoals de aard van het bedrijf, de primaire klantenkring van het bedrijf, de functie van de werknemer, de maatschappelijke opvattingen en de vraag of de voorschriften wel noodzakelijk zijn om de functie van de werknemer uit te voeren.