Aanpassing van regels verdeling pensioen bij scheiding per 2021

17 december 2018 | Door redactie

Door het ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid is het wetsvoorstel Pensioenverdeling bij scheiding 2021 onlangs ingediend. Dit voorstel leidt ertoe dat in plaats van verevening, conversie de standaardmanier wordt bij het verdelen van pensioen bij scheiding.

Als een huwelijk eindigt door een echtscheiding heeft de partner die niet (of minder) gewerkt heeft geen (of minder) pensioenrechten opgebouwd en de vruchten van het pensioen van de partner zouden dan niet door hem of haar genoten worden. Om deze dreigende onrechtvaardigheid tegen te gaan heeft de wetgever bepaald dat bij scheiding pensioenverevening (tool) moet plaatsvinden. Ieder van de echtgenoten heeft door deze regeling recht op de helft van de tijdens het huwelijk opgebouwde pensioenrechten.

Wvps is vaak onbekend

Uit de evaluatie van de Wet verevening pensioenrechten bij scheiding (Wvps) blijkt echter dat deze wet bij veel burgers en scheidingsprofessionals vaak onbekend is. De opzet van de wet moet daarom verbeterd worden. Ook zal met deze vernieuwing de wet weer aan de huidige tijd moeten gaan voldoen. In het wetsvoorstel zijn de volgende wijzigingen opgenomen:

  1. Conversie wordt de standaardmanier van het verdelen van pensioen bij scheiding. Bij conversie wordt de pensioenband tussen de ex-partners definitief verbroken. De ex-partner krijgt een eigen aanspraak op ouderdomspensioen, die voor de uitbetaling niet langer afhankelijk is van het in leven zijn van de verdelingsplichtige. Hierdoor kunnen beide ex-partners beter een eigen financiële planning maken voor wat betreft de verdeelde pensioenaanspraak, omdat zij eigen keuzes kunnen maken.
  2. De pensioenuitvoerder informeert  automatisch beide ex-partners over de conversie. Als zij niet binnen zes maanden afwijkende afspraken bekend hebben gemaakt aan de uitvoerder, voert de uitvoerder de conversie door. Als er geen uitbetaling is geregeld via de pensioenuitvoerder(s) moet de verdelingsgerechtigde, na pensioendatum van de verdelingsplichtige, bij de verdelingsplichtige aankloppen.
  3. De periode waarover het bijzonder partnerpensioen wordt afgesplitst wordt beperkt tot de huwelijkse periode. Momenteel is de voor-huwelijkse periode ook een onderdeel van de berekening van het bijzonder partnerpensioen; daar komt dus straks een einde aan.
  4. De grens voor pensioenverdeling gaat omlaag naar één keer de afkoopgrens. Nu worden ouderdomspensioenen die onder twee keer de afkoopgrens niet verevend. Verder wordt voor kleine bijzondere partnerpensioenen (maximaal € 474,11 per jaar, bedrag 2018) een conversierecht geïntroduceerd. De verdelingsgerechtigde ex-partner krijgt hiermee het recht om een klein bijzonder partnerpensioen om te zetten in ouderdomspensioen.

De nieuwe regels zijn van toepassing op scheidingen vanaf de inwerkingtreding van dit wetsvoorstel per 2021.