Tijdelijke verhoging LIV in 2022 en 2023

9 november 2022 | Door redactie

Minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wil de tegemoetkoming van het lage-inkomensvoordeel (LIV) verhogen voor 2022 en 2023. Ook moet de bovengrens van het gemiddelde uurloon dalen van 125% naar 116% van het wettelijke minimumloon per 2024. Dat blijkt uit een nota van wijziging.

Lees ook het nieuwsartikel Tijdelijke verhoging van LIV is beperkt

Het lage-inkomensvoordeel (LIV) is – net als het jeugd-LIV en de loonkostenvoordelen (LKV’s) uit de Wet tegemoetkomingen loondomein (WTL) – een tegemoetkoming die werkgevers kunnen ontvangen per verloond uur als hun werknemers aan bepaalde voorwaarden voldoen. In een nota van wijziging maakte minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid bekend dat ze de LIV op twee punten wil wijzigen.

Tegemoetkoming tijdelijk omhoog in 2022 en 2023

De eerste wijziging is een tijdelijke verhoging van de tegemoetkoming in 2022 en 2023. Voor 2022 kunnen werkgevers nu per werknemer € 0,49 per verloond uur ontvangen, en maximaal € 960 per jaar. Maar Van Gennip wil deze bedragen voor 2022 – met terugwerkende kracht – verhogen naar € 0,78 per verloond uur en maximaal € 1.520 per werknemer per jaar. En voor 2023 moet dat € 0,63 per uur en maximaal € 1.242 worden. De tegemoetkomingen voor 2022 worden uitbetaald in 2023 en die voor 2023 in 2024.
Met de wijziging komt het kabinet werkgevers gedeeltelijk tegemoet voor de hogere kosten als gevolg van de bijzondere verhoging van het minimumloon per 1 januari 2023, ook omdat deze verhoging sneller wordt doorgevoerd dan in het coalitieakkoord was voorgenomen.

Lees ook het nieuwsartikel Bovengrens uurlooncriterium LIV daalt mogelijk per 2024 

Bovengrens gemiddeld uurloon gaat per 2024 omlaag

Eén van de voorwaarden voor het krijgen van LIV is dat een werknemer een gemiddeld uurloon heeft van minimaal 100% en maximaal 125% van het wettelijk minimumloon. De tweede wijziging die Van Gennip voorstelt is een verlaging van die bovengrens van 125% naar 116% voor 2024. De verlaging heeft effect op de uitbetaalde tegemoetkoming in 2025.
De bovengrens zal zelfs dalen naar 104% als het initiatiefwetsvoorstel voor invoering van het minimumuurloon per 1 januari 2024 in werking treedt.

Per 2025 wordt het LIV (en jeugd-LIV) afgeschaft als gevolg van de hervorming van het pensioenstelsel.