Verschillende partijen slaan de handen ineen om werknemers na kanker sneller te laten re-integreren op de werkvloer. De komende twee jaar worden 140 kankerpatiënten begeleid bij een nieuw, intensief re-integratiebeleid.
Elk jaar krijgen zo’n 40.000 mensen de diagnose kanker. Als zij na behandeling in staat zijn om weer te werken, verloopt re-integratie (tools) vaak stroef. Veel kankerpatiënten kampen namelijk met vermoeidheid, een verminderde concentratie en geheugenproblemen en verzuimen daardoor regelmatig. Uiteindelijk verliest zo’n 25% zijn baan. Verschillende partijen, waaronder een verzekeraar en een arbodienst, hebben nu een re-integratietraject ontwikkeld dat 140 kankerpatiënten de komende twee jaar gaan volgen.
Centraal bij het re-integratietraject staat dat de deelnemers in beweging blijven op fysiek, mentaal en werkvlak. Deelnemers doen bewegingsoefeningen, formuleren doelstellingen en leren omgaan met de beperkingen die de ziekte met zich meebrengt. De werkgever wordt nauw betrokken en krijgt begeleiding bij het aangaan van het gesprek met de werknemer. Werkhervatting is gemakkelijker voor een werknemer met kanker als hij steun krijgt van werkgever en collega’s. TNO en Tilburg University onderzoeken tot 2020 of de nieuwe re-integratiemethode een succes is.
Eerder dit jaar publiceerde de Nederlandse Vereniging voor Arbeids- en Bedrijfsgeneeskunde (NVAB) al een nieuwe richtlijn voor de re-integratie van werknemers die kanker hebben. De richtlijn is vooral bedoeld voor bedrijfsartsen die zieke werknemers adviseren en bevat onder andere maatregelen die een leidinggevende kan nemen, zodat de werknemer – eventueel met aangepaste werkzaamheden en in deeltijd – weer terug kan keren naar de werkvloer.