Nieuwe regels studiekostenbeding en nevenwerkbeding

2 november 2021 | Door redactie

Een Europese richtlijn zorgt ervoor dat in de loop van 2022 nieuwe regels zullen gelden voor het studiekostenbeding en nevenwerkzaamhedenbeding. Ook krijgen werknemers jaarlijks de kans om een verzoek in te dienen voor ‘voorspelbare arbeidsvoorwaarden’.

Lees ook het nieuwsartikel Aandacht nodig voor nieuwe regels arbeidsovereenkomst

Vanuit de Europese Unie (EU) is de richtlijn ‘transparante en voorspelbare arbeidsvoorwaarden’ opgesteld. Deze richtlijn geeft werknemers meer rechten en bewegingsvrijheid op de arbeidsmarkt. Uiterlijk 1 augustus 2022 moet Nederland de richtlijn in de eigen wetgeving hebben verwerkt. Rijksoverheid liet onlangs laten weten dat de ministerraad akkoord is gegaan met de implementatie. Het is nu wachten op de publicatie van een officieel wetsvoorstel, dat nog ter keuring langs de Tweede en Eerste Kamer zal gaan. Het wetsvoorstel bevat niet alle maatregelen uit de richtlijn; een deel is namelijk al van toepassing in Nederland.

Verplichte informatie in maand na indiensttreding

De richtlijn zorgt voor arbeidsrechtelijke wijzigingen. Het gaat onder meer om het volgende:

  • De werkgever moet betalen voor opleidingen die verplicht zijn op basis van de wet of cao. Voor deze opleidingen mag de werkgever niet meer in een studiekostenbeding (tool) vastleggen dat de werknemer (een deel van) de studiekosten moet terugbetalen als hij binnen een bepaalde periode na het volgen van de opleiding uit dienst treedt. Ook wordt het volgen van de opleiding als arbeidstijd beschouwd.
  • De werkgever mag een werknemer niet belemmeren om buiten het werkrooster te gaan werken voor een andere werkgever (nevenwerkzaamheden), tenzij hiervoor een ‘objectieve rechtvaardigingsgrond’ is. Deze regel vraagt mogelijk om een aanpassing van het nevenwerkzaamhedenbeding (tool), dat vaak wordt opgenomen in de arbeidsovereenkomst.
  • Een werknemer mag vanaf een dienstverband van 26 weken maximaal één keer per jaar een verzoek doen voor een vorm van arbeid met meer voorspelbare arbeidsvoorwaarden. Dat geeft meer zekerheid over het inkomen.
  • De werkgever wordt verplicht om bij indiensttreding meer schriftelijke informatie aan de werknemer te verstrekken over zijn arbeidsvoorwaarden, rechten en plichten. Binnen een week na de eerste werkdag gaat het om de belangrijkste gegevens, waaronder de plaats van het werk, de aard van de arbeid, de startdatum en (bij een tijdelijk contract) de einddatum, het basisloon en andere loonbestanddelen, de duur van een werkdag en bij onvoorspelbare werkpatronen de tijdstippen waarop de werknemer verplicht kan worden om te werken. Binnen een maand na de eerste werkdag informeert de werkgever ook nog over zaken als de hoeveelheid betaalde vrije dagen, het eventuele recht op opleiding, de opzegtermijn en de cao. Deze informatieverplichting komt grotendeels overeen met de huidige wetgeving.
Wilt u de voortgang van een wetsvoorstel bijhouden? Controleer dan regelmatig dit overzicht van voorstellen voor wetten en regelingen op het gebied van personeel en arbeid (account nodig).