Scenario’s versimpeling verlofstelsel naar Tweede Kamer

11 april 2024 | Door redactie

Minister Van Gennip van SZW heeft de Tweede Kamer mogelijke vereenvoudigingen van het verlofstelsel aangedragen. Door de verlofregelingen te ‘clusteren’ en de regels per cluster zo veel mogelijk gelijk te trekken, zou het verlofstelsel moeten verbeteren.

Het doel van het verlofstelsel is onder meer om te zorgen voor een goede werk-privébalans van werknemers en de arbeidsparticipatie van met name vrouwen te stimuleren. Maar door alle nieuwe verlofregelingen en aanvullingen sinds de inwerkingtreding van de Wet arbeid en zorg (WAZO) is het verlofstelsel complex en onoverzichtelijk geworden. Uit diverse onderzoeken is gebleken dat rechthebbenden op het verlof hierdoor (financieel) vaak niet de beste verlofkeuze maken of helemaal geen gebruik maken van bepaalde verlofregelingen. Dat geldt vooral voor de verlofregelingen rondom de geboorte van en de zorg voor kinderen, zoals het aanvullend geboorteverlof (pdf).

Doeltreffendheid verlofstelsel vergroten

Om de doeltreffendheid en toegankelijkheid van de verlofregelingen te vergroten, heeft demissionair minister Van Gennip van Sociale Zaken en Werkgelegenheid in een Kamerbrief een vereenvoudiging van het verlofstelsel voorgesteld. Medio 2023 zette de minister al een aantal mogelijke vereenvoudigingen ‘van administratieve aard’ uiteen, zoals een uniformering van de opnameperiodes van de verschillende verlofvormen en de aanvraagmomenten van de bijbehorende verlofuitkeringen. De opties voor vereenvoudiging die de minister nu aandraagt, hervormen het verlofstelsel in het geheel of hebben financiële consequenties.

Clusteren van bestaande verlofregelingen

Overeenkomstig met een advies van de Sociaal-Economische Raad (SER) stelt de minister voor om de bestaande verlofregelingen te ‘clusteren’ in: zorg voor kinderen, zorg voor naasten en persoonlijk verlof. In het voorstel zijn de verlofregelingen binnen een cluster in te zetten voor vergelijkbare doeleinden en worden de regels per cluster zo veel mogelijk gelijkgetrokken. Per cluster schetst de minister één of meerdere scenario’s. Gezien de (financiële) impact benadrukt de minister dat het uiteindelijk aan het nog te vormen kabinet is om keuzes te maken over de verschillende opties:

  • Zorg voor kinderen: het adoptie- en pleegzorgverlof en de verlofregelingen rond de geboorte van een kind gaan op in één verlofvorm. Binnen dit cluster heeft de minister enkele scenario’s geschetst die verschillen in verlofduur en uitkeringshoogte. In het meest vereenvoudigende scenario hebben beide ouders recht op 25 weken verlof met een uitkering ter hoogte van 100% van het dagloon, met een maximum van 100% van het maximumdagloon.
  • Zorg voor naasten: het kortdurend zorgverlof (jaarlijks tweemaal de wekelijkse arbeidsduur met een loondoorbetaling van 70%) en het langdurend zorgverlof (jaarlijks zesmaal de wekelijkse arbeidsduur zonder wettelijk recht op loondoorbetaling) ‘gaan samen’. Dit biedt meer ruimte om (mantel)zorg te verlenen dan de huidige regelingen afzonderlijk. In één scenario worden de verlofregelingen alleen samengevoegd en blijven de gezamenlijke verlofduur en de ‘verdeling’ van de betalingshoogte gelijk (twee weken 70%, zes weken zonder loondoorbetaling). In het tweede scenario is de gezamenlijke verlofduur ook acht weken, maar geldt voor álle weken een loondoorbetaling van 70%.
  • Persoonlijk verlof: hiertoe behoort op dit moment alleen het calamiteiten- en ander kort verzuimverlof. Mogelijke toekomstige verlofregelingen als transitieverlof en rouwverlof zijn goed in te passen in dit cluster.

Bijlagen bij dit bericht