Na loonsanctie met frisse moed verder met re-integratie

9 december 2022 | Door redactie

Werkgevers hebben niet altijd begrip voor de verplichting om twee jaar loon door te betalen bij ziekte. Laat staan als daar door een loonsanctie nog een derde jaar bijkomt. Wat kan de werkgever doen en hoe voorkomt hij een loonsanctie?

Als een werknemer na twee jaar ziekte een aanvraag voor een uitkering op grond van de wet WIA doet, controleert UWV het dossier dat hiervoor aangeleverd wordt. Dat bevat een verslag van de inspanningen voor re-integratie. Ontbreken er stukken, dan moet de werkgever deze aanleveren op straffe van verlenging van loondoorbetaling tot het dossier volledig is, de administratieve verlenging genoemd. Vervolgens toetst UWV het re-integratieverslag: is de re-integratie geslaagd? Een reden voor een verlenging van de doorbetalingsverplichting is dat niet de juiste re-integratieactiviteiten in het eerste of tweede spoor zijn uitgevoerd. Verder komt het voor dat de werkgever te weinig heeft gedaan of te laat met de re-integratie is gestart.

Inspannen voor re-integratie

Een loonsanctie is een verlenging van de loondoorbetalingsverplichting door werkgevers, of betaling van ziekengeld door eigenrisicodragers voor de Ziektewet. De termijn voor een loonsanctie is  standaard 52 weken, met aftrek van de eventuele eerdere administratieve verlenging. Dit wordt ook wel ‘het derde ziektejaar’ (artikel) genoemd. De werkgever kan natuurlijk een bezwaar- en beroepsprocedure te starten. De praktijk wijst uit dat dit maar in drie op de tien gevallen succesvol is. Bij hoger beroep is dat zelfs maar een op de tien. Niet alleen kost een juridische procedure veel geld, het kost ook tijd en dat is voor geen van de partijen prettig. Werkgevers kiezen doen er beter aan om zich opnieuw in te spannen voor de re-integratie, voor werk óf het verbeterd doorzetten van de WIA-aanvraag.

Bijlagen bij dit bericht